INLEIDING THEO VAN DOORN

OVERZICHT LEESTEKSTEN

HOME

Een dilemma
Op weg naar het internaat
Internaat
Toneel spelen
Hongerliefde
Eten
Corvee
Hygiëne
Ziek zijn en beter worden
Bezoek
Terug naar huis
Bevrijd
De Klingens
Trui
V1
Weer op het internaat - Broeder Ulrik
De voetbalwedstrijd
Het laatste jaar van de Kweekschool
Vasten
Kermis
De keuring
Eindexamen

Doruske 3 - Leerling, kwekeling

Theo van Doorn

vignetleaf.jpg (789 bytes)

Corvee

Behalve in de keuken helpen waren er nog veel meer huishoudelijke werkzaamheden die wij moesten verrichten. Iedere zondagavond tijdens de warme maaltijd ging er een lijst rond met aan de linkerkant alle karweitjes in alfabetische volgorde, aan de rechterkant de namen van de leerlingen. We moesten de tafels dekken in de refter en in de gastenkamers, opwassen, glazen poetsen, vegen, dweilen, ramen lappen, en in de tuin spitten en schoffelen. Dit soort werk geleerd te hebben is me later van pas gekomen. Ik kon bijvoorbeeld dweilen als de beste dweilster. Dat betekende dat ik altijd het hele vakantiehuisje dweilde op de laatste dag van onze verblijf daar; evenals onze betegelde woonkamer. En mijn vrouw beschikte over een snelle en secure afdroger. Een zekere handigheid heb ik er wel van overgehouden.

Van de andere kant was het saai en eentonig werk. We probeerden dan ook wel eens een of andere klus te delegeren naar eerstejaars, bijvoorbeeld de studiezaal vegen. Ze had een houten vloer waarop ongeveer honderd bureautjes + stoelen stonden. We zetten met drie man de stoelen op de lessenaars, gaven de eerstejaars de opdracht om onder de bureautjes door te kruipen al vegend met handveger en blik. Ikzelf verzette met een ouderejaars twee rijen bureaus en stoelen en we veegden samen met bezems de vloer. Wanneer een eerstejaars vroeg, waarom we dat ook niet deden met zijn rij, dan zeiden we steevast, die zijn vastgespijkerd. Als ze dat niet meer aannamen, waren ze meestal ook geen eerstejaars meer. Verschil moet er nu eenmaal wezen.

Een heel zwaar karwei was het schoonmaken van de toiletten. Ze stonden buiten, hadden geen stortbak of spoeling. Vooral in de winter was dat een rot werk; alles in en om de toiletpot en erbuiten was bevroren. Toen ik de beurt had, begon ik al achteruitlopend alle deurtjes open te gooien. Ik rolde de slang af, koppelde ze aan de hogedrukpomp, zette het spruitstuk erop en de motor aan. Ik spoot in elke wc en in elke pot. Een gil, Martin Tils zat op het toilet, al enige tijd had hij zo te kijk gezeten voor iedereen die over de cour liep. Ik had hem niet gezien bij het openmaken van de deurtjes. "Waarom heb je niet eerder geroepen?" vroeg ik. "Ik had vergeten het slotje te verschuiven en durfde niet op te staan, want dan sta je helemaal voor gek." Ik deed zijn deurtje dicht, haalde een handdoek uit mijn sportkastje en gaf hem die. "Thuis kun je je permitteren om met losse handen te ‘fietsen’, ik bedoel de wc-deur niet af te sluiten, maar hier is het gevaarlijk, je kunt er kletsnat van worden." Martin glimlachte en rende bibberend naar zijn cel, waar hij zich vlug verkleedde.

 

vignetleaf.jpg (789 bytes)