INHOUD DOSSIERS
INHOUD W T T
CUBRA HOME

PRINT DEZE PAGINA

 

Het Woordenboek van de Tilburgse Taal wordt mede mogelijk gemaakt door

Bijlage

As den duuvel op Geerte

 

duuvel op Geerte

 

Samengesteld door Ed Schilders en Ben van de Pol - 14-1-2013

 

 

Betekenis

As den duuvel op Geerte is een metafoor voor een heftige actie, soms gewelddadig en dan vaak gecombineerd met 'slaan', maar ook in toepassingen waarmee gedrevenheid, fanatisme, volharding uitgedrukt wordt.

...omdč-t-ie [baanwielrenner Jan Pijnenburg] in Stuttgart gefietst hee as de duvel, die Geerte aachternao zaat. (Kubke Kladder; ps. v. Pierre van Beek; NTC; Uit ‘t klokhuis van Brabant 6; 21-11-1929)

Naaijkens - lemma AS - 't Gong erop as d'n duuvel op Girtjes. 't Ging er hevig aan toe. (1990)

 

Varianten

In het Tilburgs treffen we de volgende varianten aan voor 'Geerte':

- Girte, Geertjes, Girtjes

- Het betreft vormen van de naam Gerardus, Gerard, Geert, Girt (dialectisch) en de verkleinvormen.

- Een gangbare verkleinvorm van de naam Gerardus, namelijk 'Grňtje' (uit 'Graad'), is in dit verband niet aangetroffen

- Een verklaring van Mandos herleidt de naam echter naar het vrouwelijke Gertrudis, Geertrui (zie onder).

- Alle genoemde mannelijke varianten zijn oude, maar in het dialect van Tilburg nog steeds gangbare naamvallen. Daardoor wordt 'op Geert' gesproken (en in dialecteksten geschreven) als 'op Geerte', en krijgt 'op Girtje' een S > 'op Girtjes'. Anders gezegd: de naam is Geert, niet Geerte, de naam is het verkorte Girtje, niet Girtjes.

 

Wie was Geert?

Tilburgse heemkundigen hebben zich afgevraagd of de Geert van de uitdrukking een historisch personage geweest is.

Vooral Pierre van Beek was geboeid door dit vraagstuk. In zijn krantenrubriek 'Tilburgse Taalplastiek' suggereerde hij aan zijn lezers enige mogelijke verklaringen.

In chronologische volgorde.

- Tilburgse Taalplastiek 61 - 27-7-1968

"Hij heej 't er op als de duvel op Gerte" is een krachtvergelijking om een groot verlangen tot uitdrukking te brengen. In hetzelfde gezelschap hoort ook thuis: "Hij is zo gloeiend op de centen as de duvel op een ziel". Met bovenvermelde Gerte zal wel de voornaam Geert bedoeld zijn. Maar welke Geert is dit geweest? Vermoedelijk een figuur uit een of ander verhaal van een man, die zijn ziel aan de duivel verkocht had."

- Tilburgse Taalplastiek  74 - 13-2-1969

"Enige tijd geleden gaven wij hier de uitdrukking: "Hij hee-g-'t er op als d'n duvel op Girte". Men zegt echter ook: op Girtjes. Een briefschrijver meent, dat dit laatste woord geen voornaam zou zijn, maar gewoon een meervoud van een zelfstandig naamwoord: girt, girtjes, wat dan "zieltjes" zou beduiden. Wij delen die opvatting niet, al roept de uitdrukking in haar geheel wel de associatie met zielen op."

- Tilburgse Taalplastiek  140 -  9-12-1971
: "Hij heeft het er op als de duvel op Geertjes". Wij voeren deze nog eens ten tonele, omdat we een notitie aantroffen, die erop kan wijzen, dat de uitdrukking op een zeer hoge ouderdom zou kunnen bogen. We lazen nl. dat men te Gent de uitspraak kent: "Hij sloeg er op als de duvel op Geraard". Men veronderstelt daar, dat met Geraard bedoeld zou kunnen zijn de heer van het bekende Gents kasteel "Het Steen" op de Reep. Dit heerschap noemde zich wel in het Latijn: "Gerardus dictus diabolus" (Geraard, genaamd de duivel). Dit heerschap werd reeds in 1295 te Gent begraven. Als het allemaal klopt, leeft hij dus nog altijd voort in de taal."
 

Nog een Geertje

In zijn Tilburgse Taalplastiek  van 13-2-1969, hierboven, wees Van Beek de verklaring van 'girtje = zieltje' af. Waarschijnlijk terecht (zie onder). Daarnaast meldde hij een nieuw idee voor de verklaring van de uitdrukking:

"Bij het lezen van het artikel in dit blad van 30 november ll. getiteld: "In 1767 stond op de Heuvel
een schavot" kregen we plotseling een idee. We stuitten daar op de naam van een beruchte bandiet, die vroeger o.a. in Tilburg opereerde. Dat was Geertje de Vlug. Nu lijkt het voor de hand liggend, dat de duivel zeer begerig is op een ziel, zó zwart van de misdaad, dat hij bijna de duivel zelf evenaart. Kan de volksverbeelding dat zo niet gezien hebben? Dan zou de uitdrukking dus slaan op de ziel van die Geert of op Geerte of Girtjes. Mocht onze veronderstelling omtrent onze Geert juist zijn, dan zou de uitdrukking uit de tijd van rond 1767 stammen.

 

Geertje de Vlug

Van Beek doet het voorkomen of zijn kennis met betrekking tot Geertje de Vlug uitsluitend gebaseerd is op een artikel in zijn krant van 30 november laatstleden. Dat lijkt niet erg waarschijnlijk. Van Beek zal ongetwijfeld op de hoogte geweest zijn van een publikatie uit circa 1900 van Edmond Meelis: 'Losse schetsen uit de geschiedenis van Tilburg', en daarin het hoofdstuk 'De Intocht van Prins Willem V te Tilburg in 1766'. Daarin wordt voor het eerst uitvoerig geschreven over de zwervende bandiet Gerrit Bartels, bijgenaamd Geertje de Vlug, die ook in Tilburg van allerlei misdaden verdacht werd.

In 1978 publiceerde W.F.J.M. van Hest in het jaarboek 'De Lindeboom' een uitvoerige verhandeling over deze theorie, gebaseerd op de suggestie van Van Beek. Van Hest lijkt niet overtuigd dat Geertje de Vlug model heeft gestaan voor de uitdrukking. [*]

 

[*] Toegevoegd 4 december 2018

De gegevens over de intocht en het verblijf van Willem V in Tilburg, zoals door Edmond Meelis te boek gesteld, missen elke feitelijke historische onderbouwing. Dat wordt aangetoond in een artikel op CuBra van John van Erve. Een dergelijk bezoek dan wel verblijf heeft nooit plaatsgevonden. Ook de in dat hoofdstuk verwerkte gegevens over Geertje de Vlug missen feitelijke betrouwbaarheid.  Voor Van Erve's artikel: KLIK HIER.

 

Was Geert dan een vrouw?

Misschien heeft de schrijfwijze 'Geerte' aanleiding gegeven tot de theorie van Hein Mandos (Brabantse spreekwoorden) dat Geerte een vrouw was, en bovendien een heilige vrouw: de heilige Gertrudis van Nijvel. Gertruud, die inderdaad soms ook te boek is gesteld als Sinte Geerte.

Mandos schrijft in het lemma GELD (19):

"- Op 't geld zijn als de duivel op Geertjes. Op het geld zijn als de duivel op Geertje. Spreek­woordelijke vergelijking. Begerig zijn naar geld. Sint Geerte (Gertrudis) is de patrones van de reizigers; met deze heilige hebben zich her-inneringen aan de Oudgermaanse godenwereld (Freija) vermengd. Men beval de ziel aan de hoede van Geerte aan, bij wie die, evenals bij Freija de eerste nacht na de scheiding van het lichaam geherbergd werd. (De duivel kon zijn buit dus niet aan en had het daarom gemunt op Geerte.)"

Deze verklaring van Mandos is gebaseerd op een aantal volkskundige publikaties waarin Gertruud van Nijvel in verband wordt gebracht met de godin Freija, vooral omdat beiden de zielen van overledenen beschermden tegen de hebzucht van de duivel.

F.W. Drijver schrijft hierover:

"Een oude legende verhaalt dat zeker ridder, die St. Geertrui beminde, haar zijn liefde bleef toedragen, ook toen zij zich van de wereld had afgescheiden om in het klooster haar leven aan God te wijden. Uit wanhoop over deze onbeantwoorde liefde sloot hij een verbond met den duivel, wien hij zijn ziel verpandde, in ruil voor diens hulp tot het bereiken van zijn oogmerk. Toen na verloop van zeven jaren zijn teederste wensch nog niet vervuld was en de duivel zijn ziel opeischte, begaf hij zich naar zijn geliefde, die hem een afscheidsdronk aanbood. Op den terugweg den duivel ontmoetende, deinsde deze verschrikt achterwaarts; dank zij dien drank had de booze alle macht over den ridder verloren en gaf hij dezen het met bloed geschreven contract terug. Aan deze legende heeft Geertrui het voor een deel te danken dat zij als beschermvrouw der reizenden wordt vereerd en dat naast "St. Jans geleide" ook "St. Geertenminne" of de "Schaal van Nivelles" als afscheidsdronk eeuwenlang in zwang was." (Uit: Velerlei Beelden, 1920)

Geertje in Brabant

De verklaring van Mandos is niet overtuigend maar hij heeft wel vastgelegd hoe de uitdrukking over Brabant verspreid is en in welke latere bedoelingen:

- Dat gaat erop als de duvel op Geertje = er wordt fors gespeeld (kaartterm) (Eindhoven '84);

- 't Erop hebben als de duvel op Gerte = iets beslist willen bezitten (Oost-Brab. '76);

- Erop afvliegen als de duvel op Geertjes = erop afvliegen als de bok op een haverkist (Kempenland '64);

- 't Er op hebben als de duvel op 'n ziel (Oost-Brab. '87). (Zie ook: afvliegen.) Oost-Brab. '87

 

Wil de echte Geertje nu opstaan...

Pierre van Beek zat op het juiste spoor met zijn opmerking in zijn rubriek van  9 december 1971. Hij schreef daar:

"Hij heeft het er op als de duvel op Geertjes". Wij voeren deze nog eens ten tonele, omdat we een notitie aantroffen, die erop kan wijzen, dat de uitdrukking op een zeer hoge ouderdom zou kunnen bogen. We lazen nl. dat men te Gent de uitspraak kent: "Hij sloeg er op als de duvel op Geraard". Men veronderstelt daar, dat met Geraard bedoeld zou kunnen zijn de heer van het bekende Gents kasteel "Het Steen" op de Reep. Dit heerschap noemde zich wel in het Latijn: 'Gerardus dictus diabolus' (Geraard, genaamd de duivel). Dit heerschap werd reeds in 1295 te Gent begraven. Als het allemaal klopt, leeft hij dus nog altijd voort in de taal."

Waar Pierre van Beek dit gelezen heeft, is niet duidelijk, maar wel dat de uitdrukking in de grotere Vlaamse woordenboeken (dus: niet beperkt tot de stad Gent) gangbaar is geweest. Namelijk:

- Lodewijk Lievevrouw-Coopman - Gents - 1951 - lemma SLAAN - 1. Slagen geven: iemand —; op zijn muile — (...) er op — gelijk op kaf, gelijk den duvel op Geeraard...

- Cornelissen en Vervliet - Idioticon van het Antwerpsch dialect - 1899 - Er op zitten of er op slagen gelijk den duvel op Geeraard, geweldig aframmelen, er duchtig op slaan. R . Ze pakten 'em vast en ze sloegen er op gelijk den duvel op Geeraard.

- Amaat Joos - Waas Idioticon - 1900 - GEERAARD , z. nw., m. - Spr. : Er op slaan , springen , vallen, zitten gelijk de duvel op Geeraard.


Geeraard

De ruime verspreiding van de uitdrukking in Vlaanderen, en van daaruit naar Zuidnederland en Tilburg in het bijzonder  lijkt aannemelijk.

De door Van Beek gesignaleerde Gerardus dictus diabolicus is in het Gent van 2013 nog steeds een gekend historisch personage. In Gent is een straat naar hem vernoemd

Op een webpagina van www.nieuwsblad.be (2013 geraadpleegd) lezen we over deze Geeraard:

- Hij werd tussen 1200 en 1210 geboren als de derde uit een gezin met acht zonen. Hij groeide op in het kasteel van Heusden maar als volwassene trok hij naar het Steen aan de Reep in Gent, waar hij samen met zijn vader en zijn broers een belangrijke politieke rol in het graafschap Vlaanderen speelde. In 1229 werd Geraard ridder. Hij stond toen al bekend als Gerardus de Gandavo dictus Diabolus en noemde zichzelf ook zo. Het meest aannemelijk is dat hij die naam dankt aan zijn dynamisch en ondernemend karakter, een duivel-doet-al, maar fantasierijke auteurs schreven zijn duivelse bijnaam toe aan zijn vermeende donkere huidskleur en zijn wreedheid, waardoor hij in puur fictieve verhalen en legenden - ook in de Nerostrip - ook zo afgebeeld wordt.

Op het internet is zijn verhaal in vele variaties te vinden.

- De in Gent geboren striptekenaar Marc Sleen heeft het karakter van Geeraard in minstens drie van zijn albums verwerkt;

 

- Een portret van Geeraard is daaruit afkomstig: