INHOUD HET IS ALTIJD VANDAAG
INHOUD WILLEM IVEN
HOME
SPECIAAL
AUTEURS
TEKSTEN
BRABANTS
KUNST
FOTOGRAFIE
AUDIO

Print Pagina

 

 

 

Bus                                                                                                                         

De bus die was afgelaaien vol mee mensen. Omdat ’t zaterdeg was, en mertdag én goei weer mi zonder weengd. En alleman met goeie zin. Maar daar kwam er ijn wel de bus in met nen hoop gemoppper en gedommeneer. Want zij wou gèr zitten. Dat begrepen wij tenminste omdat ze specialijk tekeer ging tegen ene die zijn plaats niet aan haar wilde afgeven en zelf gaan staan, of hangen.
Dat was zo’n weefke, ge weet wel. Dat zag er nogal behoorlijk zomers uit. Tamelijk jong, behoorlijk assertief, goed in de krullen, buiknavelpiersing, schouwertattoe, hoog hakskes, rokske van niks dat ze ook als mutske kon gebruiken. Nee, hij stond nie jop, zee die gast. Hij vond heur jong en vief zat, zeej. Ja, maar zij was een vrouw, zei zij. Nou, en wat maakt dat voor een verschil? Als ge jong bent, en ge uw eigen laat zien als gemansiepeerd zijnde? Zij was een aanstaande moeder ook nog, zei zij. Oh, zal wel, zi tie,  maar ik geleuf er niks af, zi tie, en bekeek hur eens goed, voor zo wijd dat kon tenminste. Want er waar niks nie jaf te zien, zi  tie. Dè kon wel kloppen, zei zij, want tis ook nog maar van een uurke geleejen. En of hij dan nie wist hoe muug ge daar af wordt!