CUBRA HOME
INHOUD BIJNAMENBOEK

 

In de banner

van links naar rechts:

Pieta Melis
Peerke Donders
Jan de Kort
Wieske Snuf
Jan Plek
Rocking Louis
De Siemer
 

Voorwoord bij de website (2017)

 

In november 2000 verscheen het Tilburgs Bijnamenboek. Gewoon als een boek dat je op je tenen kunt laten vallen, al was dat niet de bedoeling. De tweede versie is een digitale geworden. Dit vraagt om toelichting.

 

Wat begon in de vroege jaren negentig met enkele lijstjes is uiteindelijk een boek geworden vol Tilburgse bijnamen. Gaandeweg werd het duidelijk hoe nodig het was dit stuk immaterieel erfgoed vast te leggen. Anders zou zoveel wat via de volksmond is doorgegeven onherroepelijk verloren gaan in een snel veranderende omgeving. Dit vastleggen werd het voornaamste doel van het Tilburgs Bijnamenboek.

Al spoedig na het verschijnen bleek hoezeer het boek bij veel Tilburgers herinneringen loswoelde. Er kwam een massa reacties binnen, niet alleen op veel ingevulde antwoordkaartjes maar ook in de vorm van – soms heel uitvoerige – brieven en mailings. Ik begon die informatie te verwerken in mijn bestanden en bleef dit een jaar of vijf doen. Een herdruk, voor zover ik daar serieus aan dacht, raakte hierdoor echter uit beeld. Daarvoor was het allemaal te groot geworden. Maar het ging wel erg knagen dat al die informatie ongebruikt in een hoek bleef liggen, tot ik in de loop van 2016 hierover in gesprek raakte met Ed Schilders. Hij wees me op het nut dat het boek uit 2000 heeft gehad als bron. Dit schudde iets in me wakker en weldra kregen wij ons eureka moment: “Laten we proberen er een digitale nieuwe versie van te maken onder de paraplu van website CuBra.”

 

Van het een kwam nu het ander. Ed Schilders en Ben van de Pol gingen aan de slag, bouwden een raamwerk voor het Bijnamenboek binnen de CuBra site en maakten de oorspronkelijke bestanden van het boek gereed om daarin geplaatst te worden, zodat ik de teksten alleen maar hoefde te vervangen door de bijgewerkte versies die ik voor een deel ook al klaar had liggen. Dacht ik. Totdat ik me realiseerde hoeveel méér met name de internetbronnen hadden te bieden ten opzichte van 17 jaar geleden. Even iets checken op “Tilburg Wiki”, even kijken bij “het Geheugen van Tilburg” of op “De auto van mijn opa”, en “Tilburgse Herinneringen” op Facebook in de gaten houden: het leverde telkens weer nieuwe informatie en fraai beeldmateriaal op, met dank aan het Regionaal Archief Tilburg (het RAT, met zijn enorme fotoarchief) en Stadsmuseum Tilburg, die op dit gebied zoveel geïnitieerd hebben. De bijnamen werden zodoende meer en meer uitgangspunten voor een relaas over de mensen erachter met hun familie, werk, hobby of geloof.

 

Nogmaals wil ik Ed Schilders noemen, die met eindeloos geduld de vele bijgewerkte lemma’s inpaste en zelf ook inhoudelijk inbreng leverde in de vorm van illustraties en tekstbijdragen. De traditionele media moeten niet uitgevlakt worden. Zo werden boeken over de Goirkese kerk (Joost van Hest), de Bredaseweg (Berry van Oudheusden) en Jazz in Tilburg (Rinus van der Heijden e.a.) en verschillende uitgaven van het Tijdschrift Tilburg geraadpleegd, en speelden plaatselijke kranten natuurlijk een rol zoals via de verhalen van Paul Spapens en Joep Eijkens in de oudere jaargangen van het Brabants Dagblad.

Nu ik toch met namen bezig ben wil ik mijn “persoonlijk netwerk” bedanken dat altijd klaarstaat om ook de lastigste vragen te beantwoorden. Hulde met name aan mijn broer Joop de Beer, achterneef Berry de Beer, Bernard van Dijk (overleden in 2014), George Eras, Duc Janssens en Gerard Steijns. Van de briefschrijvers noem ik, zonder anderen tekort te willen doen, de familie (Guido en Ivo) de Wijs die eind 2000 bij de eersten waren die reageerden, en hoe! Een brief van liefst zeven kantjes, en mailwisselingen nadien. Toen ik begin 2001 een website opende om bekendheid te geven aan het Bijnamenboek heb ik daar een gedicht van Ivo op mogen plaatsen over de zonderlinge types die hij zich herinnerde (deels fictie) uit het Tilburg van vroeger en die allen wel een bijnaam hadden. Hij miste ze! Hier komt het:      

 

ZONDERLINGEN

 

Waar zijn de typen uit mijn bakermat?

De vele en vertrouwde zonderlingen

Die in mijn jeugd langs alle straten gingen?

Ik mis ze zo in de moderne stad

 

Waar zou hij wonen? Joke met de jas

Een veel te grote pet over de oren

Men fluisterde – als hij het niet kon horen

Dat hij een kleinzoon van prins Hendrik was

 

Waar woont zij nu? De oude Wieske Snuf

Die we toch steeds met verse baby’s zagen

Die langs de school kwam met haar kinderwagen

En bedelde. Niet lachen – zei de juf

 

Waar zou hij wonen? Wimke van het plein

Die meeliep met de harmonieorkesten

De maat sloeg en marcheerde als de beste

En dan applaus nam. Ja, waar zou hij zijn?

 

En Frie? En Toon? En Kobus met de wrat?

Mijn broer zegt: Ze zijn allemaal gestorven

Ze hebben zich een eigen rijk verworven

Een vrijplaats, een soort zonderlingenstad

 

Hoe graag zou ik, de jongen van weleer

Die koppen nog eens zien – en horen vloeken

Ik zou zo graag hun verre stad bezoeken

En nagewezen worden – voor een keer

 

Ivo de Wijs

 

Eerste druk, Tilburg 2000. Portret van Virginie Doorakkers.