CUBRA

INHOUD PIERRE VAN BEEK
REGISTER TILBURGSE TAALPLASTIEK
HOME 
BRABANTS
KUNST
FOTOGRAFIE
TEKSTEN
AUTEURS
INTERVIEWS
SPECIAAL

print pagina

Tilburgse Taalplastiek

 op deze pagina's heeft Ben van de Pol een keuze gemaakt
uit de veelheid van lezenswaardige onderwerpen in T T P


Uit de schatkamer van de Tilburgse Taalplastiek (7)

DE MOLENAAR 2

In elke beroepsgroep duiken wel eens vreemde vogels op. Pierre van Beek probeert in de afleveringen 24 en 26 het fenomeen "hegmölder" uit de doeken te doen. Enkele lezers verlenen assistentie.

 

Tal van molenaars, die hun vak niet te best kenden, of die het nogal gemakkelijk opnamen en tegen het vele werk opzagen, "schaaiden" helemaal niet. Ze voegden de verschillende soorten meel bij elkaar en verkochten dit dan als veevoeder. Zó'n molenaar werd in de volksmond een "hegmölder" genoemd. Wat er die "heg" mee te maken heeft, is wel wat duister.

Misschien daagt er enig licht als we weten, dat in het nabije Goirle het woord "hegwoow" bekend is. Een "woow" (in Tilburgs dialect zeggen we: "weuw"!) is hier een weeuw oftewel weduwe. En met "hegwoow" duidt men de moeder van een buitenechtelijk kind aan. Zo'n "hegwoow" was natuurlijk geen eersteklas weduwe en een "hegmölder" ziet men evenmin voor een eersteklas molenaar aan. Misschien is hij onder de serieuze molenaars wel zoiets als een knoeier of beunhaas geweest.

 

En dan moeten we nog eens even stilstaan bij onze inmiddels befaamde "hegmölder". Iemand die er veel van weten kan - "nourri dans le serail!" - vrij vertaald: "opgevoed in de molen" - komt ons vertellen, dat een "hegmölder" was een aan lagerwal geraakte molenaar, die rondzwierf zonder thuis en zonder vast werk. Zo'n mulder trok van de ene molenaar naar de andere. Nu bestond er een ongeschreven wet, dat iedere molenaar aan een "hegmölder" die bij hem aanklopte, die man twee maal vierentwintig uur onderdak en kost diende te geven. Inzendster herinnert zich hoe bij haar vader eens een heel oude hegmölder met een lange, witte baard verbleef. Een andere keer klopte er een aan, die dronken was. Bij zijn vertrek - na genoten gastvrijheid - was ook haar moeders horloge verdwenen. Die hegmölder heeft men altijd van de diefstal verdacht... Wie goed doet, ontmoet niet altijd goed!... Dit alles is nu een halve eeuw geleden. De laatste hegmölder werd door haar ouders een veertig jaar geleden ontvangen. Sindsdien verschenen er steeds minder, totdat ze geheel uitstierven - en het sympathieke gebruik vermoedelijk wel met hen! Hier hebben we dus de "hegmölder", waar het om ging.

 

Daarnaast willen we nog een lakonieke associatie van een lezer vermelden: Een hegmölder is een mölder (mulder), die in een heg zit. Wij gebruiken namelijk ook het woord mölder, mulder (molenaar) voor meikever. Deze zitten vaak in heggen, o.a. beukeheggen. In deze heggen gingen jongens vroeger "mölders schudden". Onder die "mölders" (meikevers) kwamen ook "molenaars" voor. Dat waren in de jongenswereld meikevers met een witachtige kleur over de dekvleugels (alsof ze met meel bestoven waren). Daarnaast bestonden er "kappecientjes" (capucijnen). Deze waren diep, mooi bruin van kleur en zagen er met hun "baard" en glad kopje... - en met een beetje fantasie! - ook inderdaad als een capucijn uit.

Men zegt van iemand: "Ge zijt 'nen kever!" (stommerik). Een mulder is een kever en een "hegmölder" dus een stomme mulder... Misschien was een "hegmölder" inderdaad een stommerik! Wij houden het echter op de eerder gegeven verklaring van onze molenaarsdochter. En hiermee is de "hegmölder" dan wel voldoende uit de doeken gedaan!...

 

Tot slot nog een beeldende term, die aanvankelijk het zichtbaar uitoefenen van het molenaarsberoep betrof. Deze uitdrukking vinden we in aflevering 133.

 

Nu we dan toch bij de molenaar verzeild zijn: Een molenaar "zwaait". Daarmee wordt de uitoefening van zijn beroep aangeduid. Zo zei men bv. Teurlings "zwaait" aan het Rosmolenplein; Schraven "zwaait" op Broekhoven. Daar draaiden dus hun molens. Toen hieraan een eind kwam, waren ze "uitgezwaaid".

Vanuit het molenaarsvak heeft het werkwoord een bredere, meer algemene betekenis gekregen. Wie in deze zin is "uitgezwaaid", heeft ergens "zijn erwten uit", hij "ligt er uit" (uit de gratie, bv.!) of: het is afgelopen. En wij zijn - voor wat deze aflevering tenminste betreft - nu ook meteen uitgezwaaid. Dus slot!