CUBRA

INHOUD PIERRE VAN BEEK
HOME 
BRABANTS
KUNST
FOTOGRAFIE
TEKSTEN
AUTEURS
AUDIO
SPECIAAL

PRINT

Pierre van Beek - Heemkunde-artikelen

 redactie: Ben van de Pol

 

Klottermert: echt-Tilburgse oude traditie

Het Nieuwsblad van het Zuiden - woensdag 28 november 1979

 

"Zède al wiste klottere?" was een vraag, die men in het oude Tilburg tegen de tijd van Sint Nicolaas wel eens te horen kon krijgen. Wie niet van Tilburg of directe omgeving was, moet daarbij raar hebben opgekeken want het werkwoord "klotteren" kwam niet in zijn woordenboek voor. Het wordt dan ook wel beschouwd als een typisch woord uit onze streektaal. De betekenis ervan is: inkopen doen met het oog op het feest van Sint Nicolaas.

Ten nauwste met ons eigengereide werkwoord houdt de naam "klottermarkt" verband. Ook weer zoiets specifieks uit Tilburg. Eigenlijk een enigszins folkloristisch gebruik van vroeger dagen, waaraan we ook nu nog jaarlijks herinnerd worden. Zij het dan meer door het woord dan door het begrip, dat er eens achter school. We hebben immers nog altijd een Klottermarkt. Dat is van oorsprong een markt op 5 december, waarop, tot in de late avonduren, de laatste inkopen voor Sinterklaas gedaan kunnen worden. Dit soort markten werd van oudsher ook elders in Nederland gehouden, o.a. te Delft, waar er een reeds in 1600 genoemd zou worden. Of die ook op de naam "klottermarkt" aanspraak maakte, weten we niet. In Tilburg spreken we echter van klotteren en klottermarkt . Er zijn genoeg Tilburgers, die over zo'n klottermarkt weten te vertellen, want ze bezat in de eerste decennia van onze eeuw nog iets van het oude karakter.

 

Op 't Heike

De markt vond steeds plaats op het oude marktplein bij de Heikese kerk op 5 december. Zij begon bij het vallen van de duisternis en duurde tot 12 uur in de nacht. Dan heerste er rond de kerk een ongewone sfeer, die werd opgeroepen door een langs de vele opgestelde kramen schuifelende menigte van kijkers en kooplustigen en vooral door de heel povere, spookachtig aandoende verlichting. Voor de kramen bestond die uit olielampen. De goed ingespannen koopman hield er een "lampe belge" - "lambels" zeiden ze in Tilburg - op na, anderen stelden zich tevreden met kleine olielampjes. Later doken de carbidlampen op.

Ge hoefde trouwens op de klottermarkt niet zo goed te kunnen zien wat ge kocht. Deze markt had namelijk vooral ten doel de laatste spullen van de voor Sint Nicolaas ingeslagen goederen kwijt te raken. Daarbij ging het om snoep- en speelgoed. Suikeren of chocolade sinterklazen, suikerharten e.d. kon men moeilijk voor volgend jaar overhouden. Hetzelfde gold voor de sinterklazen van taai-taai of speculaas. De gevraagde prijzen waren navenant. Omdat ge nu eenmaal niet voor een dubbeltje op de eerste rang kunt zitten, behoefde ge u niet te verbazen als die goed uitziende sinterklaas van rose suikergoed die ge begeerde plotseling bij het opnemen zijn kopje verloor of wat klam en kleverig overkwam als gevolg van de vochtige avondlucht...

Men verkocht er ook "de eerste sinaasappelen". Zo zuur als brem, aldus een, die het nog weet. "Eerste sinaasappelen" - in Tilburg zeiden ze: appelsienen! - klinkt nu wat vreemd in de oren. Hebben we dan niet het hele jaar door sinaasappelen? Toen niet. Die verschenen eerst rond Sinterklaas.

 

Traditioneel

Klottermarkt vertoonde echter nog een heel ander facet. Het behoorde tot een traditie dat bepaalde groepen van jongelui verschenen in "klotter-uitrusting". Deze bestond uit blauwe kiel, zijden petje en rooie zakdoek om de nek. Aan de voeten klompen met stro erin. Onder roepen, zingen en schreeuwen hosten de carnavalesk uitgerusten over de markt en door de Heuvelstraat van het ene café naar het andere. "Bij Mie Piek werden op zo'n avond liters snevel verkocht!" Mie Piek was een heel bekend en druk beklant café in de Heuvelstraat, daar waar zich nu het pand van Pierson bevindt. Als andere cafés, welke in die periode de klandizie kregen bij zo'n luidruchtige "omgang", noemde men ons: Frans Hermans, Toontje Overes, Jantje Marinus, Mieke Roef, Frans Becx, Jos Broeckx en Van Geloven. We laten het de oudjes maar eens uitpuzzelen waar die zaken stonden. Er zijn schrijvers geweest die menen, dat de klottermarkt en het werkwoord "klotteren" hun oorsprong vinden bij deze uitgelaten, lawaaierige rondgang van hossende jongelui die meestal uit de buitenwijken kwamen. De naam zou zijn terug te voeren tot het klossende geluid van de klompen. We zouden dan met een klanknabootsing te maken hebben. Wie iets beters weet, mag het zeggen!

Zo schilderachtig als het wellicht lijkt, was zo'n klottermarktavond in een ver verleden echter niet. De jenever, en anders wel brooddronkenheid, leidde gemakkelijk tot uitwassen. "Ge hadt soms schrik om te gaan klotteren! Er kon wel eens 'iets gebeuren'. Vooral als de Heikantse of Hasseltse schuit overkwam om herrie te schoppen", aldus onze bron.

 

Niet zo fraai

De ouderwetse klottermarkt stond niet overal in een goede reuk en de geestelijkheid bekeek ze uiteraard met argwaan. Er gaat namelijk het verhaaltje van een echtpaar dat met zijn jongste zoontje op Klotteravond op weg was voor een familiebezoek. In de Zomerstraat ontmoetten zij pastoor Van der Lee van 't Heike. In de mening verkerend dat zij naar de klottermarkt gingen, keek hij het knaapje ernstig aan en zei: "Ga jij maar naar bed, kleine aap!" De ouders legden dit zo uit, dat deze reprimande eigenlijk voor henzelf bedoeld was.

 

Nog altijd wordt er in Tilburg één maal per jaar Klottermarkt gehouden. Zonder de uitwassen en ook zonder het karakter van weleer. Sinds tientallen jaren is ze verdwenen van de Oude Markt. De overplaatsing naar het Piusplein betekende tegelijkertijd een breuk met een oude traditie. Sinds korte tijd is die markt onder de grond gedoken in de garage onder het Koningsplein. Een voordeel daarvan is in ieder geval, dat kraamhouders en bezoekers gevrijwaard zijn van weer en wind, zodat er niemand behoeft te staan klappertanden. Dat kwam in het verleden daar bij de Heikese kerk wel eens voor als de winter wat vroeg inzette.

 

PIERRE VAN BEEK