CUBRA

INHOUD PIERRE VAN BEEK
HOME 
BRABANTS
AUTEURS

PRINT

Flaneur (ps. van Pierre van Beek) - columns

 redactie: Ben van de Pol

 

Nieuwe Tilburgse Courant - zaterdag 1 augustus 1959

 

 

Recht uit Het Hart 5

  

En zo doet nu de boer!...

 

Behalve door zijn ligging in een park, dat uit zichzelf al verharde wegen bezat die thans nog met een flink aantal vermeerderd zijn, ontleent - naar onze smaak - "Het Hart" ook zijn aantrekkelijkheid aan de talrijke open paviljoens en pergola's. Schijnbaar achteloos staan ze uitgeplant over de grote gazons, speels, joviaal en vriendelijk net alsof ze er gisteren niet waren en alsof er in de nacht een tovenaar in het park gekomen is en gezegd heeft: hier zetten we nog wat en daar nog wat, maar denk er aan: "'t Moet vlot, leuk, zonnig en doorzichtig zijn zoals Brabant is. Vooral geen dikdoenerigheid maar met een grap en een kwinkslag, zodat de mensen er plezier in hebben, doch ze toch ook eens even vertellen, wat je eigenlijk te vertellen hebt... Zonder opdringerigheid... zo'n beetje langs je neus weg maar 'en passant' nooit uit het oog verliezend waar het om begonnen is en waar je naar toe wilt"... Ze hebben naar die tovenaar geluisterd en zo is het in het Leypark, behalve een tentoonstelling, ook een feest geworden. Een feest zonder overdreven lawaai, waarbij alleen al het slenteren tussen de paviljoens een attractie betekent als u tenminste zo vriendelijk wilt zijn de zondvloed van gisteren even weg te denken...

Een van die paviljoens, waarop hetgeen we hierboven zeiden van toepassing is, vormt dat van de N.C.B. Die grote N.C.B. van onze Brabantse boeren en alles wat daar nog aanhangt! Dat dit niet zo'n bagatel betekent, ervaart ge hier onmiddellijk! 't Is dat we die dag geen klompen droegen maar als dit wel het geval was geweest, zouden we ze zeker hebben uitgetrokken alvorens de plavuizenvloer van dit paviljoen te betreden...

Ja het is waar, dat er in het leven van de boer - vooral voor de stadsmens - een heel stuk poëzie huist al merkt die boer daar zelf niet zoveel van wanneer hij, in het zweet zijns aanschijns, de koestal uitmest... Zegt u nou zelf!... Dán is de poëzie alleen voor de gekke dichters, die langs de kant te kijken staan en versjes maken van "hoe genoeglijk rolt het leven..." Maar toch geloven wij, dat diezelfde boer hier in dit paviljoen mét de stedeling gegrepen moet worden als hij - misschien iets geïdealiseerd - voorgesteld ziet, wat er mét en door zijn handen, met zijn kennis en toewijding, uiteindelijk tot stand komt voor het algemeen welzijn.

Dat maaiers in een korenveld het ontvankelijk gemoed zingen doen van "ruisend valt het ranke graan"... weten we. Maar er heeft nog nooit een dichter een vers gemaakt over een bak zandaardappels of een schaal rog!... Toch zullen ze dit moeten doen als ze op "Het Hart" geweest zijn! Het gekke is namelijk, dat de meest eenvoudige produkten, waaraan we dagelijks achteloos voorbijgaan, nu ze hier geëxposeerd liggen, als het ware door een toverstaf aangeraakt en tot nieuw leven gekomen zijn. De doodgewone aardappel is hier boven zichzelf uitgestegen tot een kostbaar produkt met een fluwelen vel, dat ge zachtjes strelen wilt... Schalen rogge en gerst werden vloeibaar goud en de gele maïs is het korrelgoud, waarvan onze boerinnen haar halskettingen en borstkruisen laten smeden.

Een ei is het grootste wonder van de wereld! Vooral als ge, gebogen over de "kunstmoeder", het leven in het geboren worden op heterdaad betrapt... Zogende zeugen, die in de "kraamkamer" tegen de grond liggen, zijn als blanke borsten van Moeder Aarde en de piepjonge biggen als heerlijke brokken manna, die uit de hemel vielen, of lichtroze fondanten... Uit de electrisch gemolken stamboekkoeien - troetelkinderen, die alsmaar Betsie schijnen te heten - vloeit geruisloos de kostbaar vette stroom van de stal naar de melkkamer en eindelijk zijn er de produkten, waarvan u hier op staande voet genieten kunt...

Het pad van de boer gaat niet altijd over rozen zoals wij hier over de propere trottoirtegels. Terloops valt ook hier en daar een zijlicht op de schaduwzijde van het bedrijf. In hoofdzaak ligt echter het accent op de glorie van de boer. De boer van nú of... zoals het toch zeker nog eens wordt!...

 

FLANEUR