|
De
tuinman en de dood Ontdek ik
ineens dat ik op cubra in het gezelschap verkeer van meer mensen met een
even morbide liefde voor dodenakkers. ik fotografeer vaak op
begraafplaatsen en dat ik niet de enige ben, bewijst op deze site de
rubriek 'dood en begraven'.
misschien is deze funeraire afwijking nog niet eens zo bijzonder, maar
mijn gewoonte om op begraafplaatsen de kraantjes met gieters en
bloempotten, harken en schoppen te fotograferen - de werkplekken dus - had
ik altijd als een bizarre cerebrale scheefgroei beschouwd. in de rubriek
dood en begraven kon ik constateren dat ik niet alleen ben. zo durf ik na
jaren eindelijk als dodenakkerwerkplekkenfotograaf uit de kast te komen -
en durf ik hier dus best het onlangs nog gefotografeerde tuinhuisje op
begraafplaats Jacobshof in Deurne te tonen. De
tuinman en de dood Een
Perzisch Edelman: Van
morgen ijlt mijn tuinman, wit van schrik, Mijn
woning in: "Heer, Heer, één ogenblik! Ginds,
in de rooshof, snoeide ik loot na loot, Toen
keek ik achter mij. Daar stond de Dood. Ik
schrok, en haastte mij langs de andere kant, Maar
zag nog juist de dreiging van zijn hand. Meester,
uw paard, en laat mij spoorslags gaan, Voor
de avond nog bereik ik Ispahaan!" - Van
middag (lang reeds was hij heengespoed) Heb
ik in 't cederpark de Dood ontmoet. "Waarom,"
zo vraag ik, want hij wacht en zwijgt, "Hebt
gij van morgen vroeg mijn knecht gedreigd?" Glimlachend
antwoordt hij: "Geen dreiging was 't, Waarvoor
uw tuinman vlood. Ik was verrast, Toen
'k 's morgens hier nog stil aan 't werk zag staan, Die
'k 's avonds halen moest in Ispahaan.“ |