Aardappelnood 

 

Tilburger Kees Koster - ondermeer bekend van zijn pentekeningen van historische gebouwen en schilderachtige plekjes in Brabant en Zeeland. - zag in 1920 het eerste levenslicht in Rotterdam. Zijn vader verdiende de kost als koetsier van rijkelui in Wassenaar en werd de eerste chauffeur van de Rotterdamse reder Philippus van Ommeren. In die hoedanigheid was vader Koster soms dagen, zo niet weken lang van huis als zijn werkgever op reis ging.

Kees heeft nog diverse ansichtkaarten uit de jaren twintig bewaard die zijn vader dan naar zijn moeder schreef. Eén van die kaarten zien we hierboven. Hoe het met die twee hier gefotografeerde lieden zit, blijft vooralsnog de vraag. Of zou het komische tafereeltje - gezien de tekst - iets te maken hebben met minder vrolijk stemmende problemen van voedselgebrek en inflatie? Daar zal de heer Van Ommeren geen last van gehad hebben. En ook zijn chauffeur kreeg op tijd zijn natje en droogje. Die gebruikte de kaart enkel om zijn vrouw te melden dat ze weer gewisseld waren van hotel...

 

 

PS Voor wie de tekst niet kan lezen, die luidt als volgt:

 

Zeg man, indien je nog hecht aan je leven,

Dan moet je me gauw je aardappeltjes geven.

In deez' tijden heeft geld voor ons geen waarde

Wij vragen nog slechts naar de vruchten der aarde.