HOME CUBRA

INHOUD AUTEURS

Brabant Cultureel • Brabant Literair

Tijdschrift voor kunst, cultuur en literatuur

62ste Jaargang - mei 2013

 
HOME BC / BL Contact / Reageren Archief Brabant Cultureel Archief Brabant Literair
 
 

Jeroen Doomernik in het Artuarium Den Bosch. foto Gemma Kessels

 

©Brabant Cultureel / Brabant Literair – mei 2013

 

 

Jazz Academy: muziek én kilometers maken

 

door Rinus van der Heijden

 

Een plek bieden waar fouten mogen worden gemaakt. En niet één waar je per se goed moet zijn. Veel onderzoeken en uitproberen. Ziedaar de doelstelling van de Jazz Academy in Den Bosch. Bedenker en uitvoerder is Jeroen Doomernik. Trompettist, docent, bandleider, workshopleider, producent en programmeur.

 

De Jazz Academy is er voor jazzmusici tussen 14 en 20 jaar. Dat ‘Academie’ in de titel mag met een korrel zout worden genomen, want de Jazz Academy is vooral een werkplaats en leerpodium. Mede gerealiseerd door Stichting Jazzwerkplaats Den Bosch. Waar de ‘leerlingen’ vandaan komen is niet zo belangrijk: het kan een harmonie zijn, een muziekschool of uit privélessen van een docent. ‘Ik richt me vooral op jongeren die verder willen of muzikaal materiaal verder willen onderzoeken.’ zegt Jeroen Doomernik. ‘Ze zijn redelijk getalenteerd, oftewel: het zijn latent nieuwe jazzmusici. Ze zijn misschien wel niet de allerbesten, maar ze kunnen dat wel worden.’

De Jazz Academy ging op 30 maart officieel van start in het eigen home, muziekwerkplaats ARTuarium op het terrein van het voormalige Groot Ziekengasthuis in de binnenstad van ’s-Hertogenbosch. Jeroen Doomernik startte echter al in januari met de tien jongeren die zich aanmeldden. Daarmee haalde hij een baritonsaxofonist, een tenorsaxofonist, trompettist, trombonist, pianist, vibrafonist, gitarist, basgitarist, fluitiste en slagwerker binnen.

 

Jeroen Doomernik in het Artuarium Den Bosch. foto Gemma Kessels

 

Conservatorium

‘Twee ervan zitten op het conservatorium, een paar anderen weten dat ze dat ook willen, weer anderen zijn gewoon goed, maar nog te jong voor het conservatorium. Maar allemaal hebben ze dezelfde focus op spelen: op een manier zoals het klinkt als ze een concert zouden moeten geven,’ legt Jeroen Doomernik uit.

De Jazz Academy is geboren uit frustratie. Jeroen Doomernik komt er rond voor uit. ‘Het initiatief komt voort uit mijn vraag hoe het toch kan dat je in de Brabantse provinciehoofdstad een muziekschool hebt die meer dood dan levend is. De Muzerije kan niets bieden aan jongeren die verder willen met muziek. Daar kan ik al jaren met mijn pet niet bij. Bij De Muzerije is het zó’n zootje. Het is net een mossel: ze krijgen er geen leerling naar binnen, maar ook geen naar buiten.’

‘Als er alleen maar les wordt gegeven om geld te verdienen, ben je slechts bezig om docenten aan het werk te houden. Die zijn trouwens allemaal ontslagen om als ZZP’er verder te gaan. Alleen breed inzetbare krachten mochten blijven. Dat betekent nivellering, afvlakking. Jongeren die echt willen, pissen naast de pot bij zo’n beleid.’

 

Stenen

Waardeloos vindt Jeroen Doomernik het, om geld te stoppen in stenen in plaats van in mensen. ‘Dat betekent dat in veel muziekscholen iedere docent maar zijn uren moet draaien. Er is niemand die zegt: dit gaan we de leerlingen bieden. Bij mij gaat het er absoluut niet om, om met de Jazz Academy geld te verdienen. Ik wil talent de mogelijkheden bieden om samen te spelen, ze een plek te geven om fouten te mogen maken en eigen initiatief te ontplooien.’

Dat gebeurt op basis van wederkerigheid, niet via hiërarchie. ‘Ik heb gezegd: jullie kunnen altijd meespelen. De wederzijdse verplichting is het orkest dat de tien vormen. Niet ik ben de band, zij zijn de groep. Hier leren ze ook hoe je het publiek kunt bedienen, hoe je een microfoon moet aansluiten, hoe je een contractje opmaakt. Voor mezelf heb ik een formatje ontworpen voor wat ik doe. Ik heb namelijk best een idee hoe het bij muziekonderwijs moet zijn, namelijk praktijkgericht werken.’ Zegt de man die ooit bij muziekschool De Muzerije lesgaf.

Onderzoeken en uitproberen, dat zijn de sleutelwoorden van de Jazz Academy. ‘De jongeren spelen stukjes, zoeken arrangementjes uit. Ze moeten veel doen, muzikaal met elkaar communiceren. Soms zie je bij het inspelen dat ze nog niet de goede skills hebben om verder te gaan. Er komt ook theorie om de hoek kijken. Voor de rest is het heel veel kilometers maken. De bedoeling is ook, dat andere mensen gastlessen komen geven. Later in het jaar komen er masterclasses van Eric Vloeimans, Anton Goudsmit en Pieter Bast. En er is samenwerking met Jazz in Duketown, Verkadefabriek, W2/Festival Be There en Muziekcentrum de Toonzaal.’

 

Jeroen Doomernik. foto Gemma Kessels

 

Projectorkest

De studenten van de Bossche Jazz Academy komen twee uur per week samen. In feite is Jazz Academy de naam van het projectorkest. ‘De bedoeling is dat iedere deelnemer aan het einde veel handvatten heeft om verder te gaan.’ En wat is dan dat einde? ‘Als ze klaar zijn om uit te vliegen,’ is het antwoord. ‘Als ze korter willen is dat ook oké, maar hier is het spelen en thuis is het werken. Op zeker moment gaan ze gewoon verder kijken.’

Jazz is het materiaal waarmee wordt gewerkt. ‘Maar dan wel in de ruimste zin,’ zegt Jeroen Doomernik. ‘Ik zoek muziek uit die een beetje prikkelt, maar ook waar ze wat mee kunnen. Improvisatie is heel belangrijk. Zelf ontdekken van mogelijkheden en niet alleen noten spelen. We gaan eveneens concertjes doen en ook met z’n allen een concert bezoeken.’

Daarbij rijst de vraag hoe het met de jazzkennis van de jongeren is gesteld. ‘Daar sta ik van te kijken,’ zegt Jeroen Doomernik stellig. ‘Als ik aan bebop denk, zie ik de jaren veertig voor me. Zij niet, ze denken niet in tijden, alleen maar in termen van muziek. Kwam er laatst een naar mij toe en zei: Ik wil Little Man van Art Blakey spelen. Dat is toch te gek, dit komt zomaar voorbij.’ En hoe hij of zij dan aan die kennis komt? ‘Spotify,’ zegt Jeroen Doomernik stellig.

‘We zijn vanaf januari bezig en je ziet nu al hoe de vorderingen zijn. Het is belangrijk dat je een goede muziekscene krijgt. Dat is toch de blauwdruk voor een uitstekend muzikaal toekomstklimaat. Als wij het niet doen, wat doen die jongens dan? Misschien ben ik wel een missionaris, maar ik vind het waardevol om kennis door te geven. Wat ze hier doen, vergeten ze hun hele leven niet meer. Even voelen, proeven, dingen doen.’ Woorden waar de bevlogenheid van Jeroen Doomernik van afdruipt.

 

Maastricht

‘Ik kan me niet voorstellen dat dit ooit voorbijgaat,’ klinkt het optimistisch. ‘Ik vraag me af hoe een Jazz Academy in Eindhoven zou kunnen zijn, of in Maastricht. Hier in Den Bosch is het hard nodig.’ Om lachend te besluiten: ‘De goede muziekcultuur hier is er niet vanzelf gekomen.’