HOME CUBRA

INHOUD AUTEURS

Brabant Cultureel • Brabant Literair

Tijdschrift voor kunst, cultuur en literatuur

64ste Jaargang - nummer 5 - oktober 2015

 
HOME BC / BL Contact / Reageren Archief Brabant Cultureel Archief Brabant Literair
 
 

Daisy Bell: Dyane Donck, , Evelien van den Broek en Richard van Kruysdijk. foto Theo Huijgens

 

‘London’ van Daisy Bell wordt op 22 november gepresenteerd bij Piet Hein Eek, Halvemaanstraat 30 in Eindhoven.

 

www.daisybell.eu

  

©Brabant Cultureel – oktober 2015

Daisy Bell is voor geen enkel muziekinstrument bang

 

Een nieuwe naam aan het front van muziekvormen: Indietronics. Geïntroduceerd door Daisy Bell, twee vrouwen en een man die hun muziek ook omschrijven als minimal electro pop. Daisy Bell is een opmerkelijke nieuwkomer op het gebied van elektronische- en popmuziek. Hoe opmerkelijk is te horen op hun eerste cd ‘London’, die in november 2015 in Eindhoven wordt gepresenteerd.

 

door Rinus van der Heijden

 

Ze wortelen in Brabant. Dyane Donck, die in Breda woont, Richard van Kruysdijk, geboren en getogen in Eindhoven en de in Amsterdam wonende Evelien van den Broek, die ‘slechts’ met deze provincie is verbonden door de vele repetitie-uren die zij er doorbrengt. In 2012 sloegen zij de handen ineen om tot de oprichting van Daisy Bell te komen, een avant-garde elektropop-trio dat muziek nader definieert met behulp van akoestische instrumenten, stemmen, elektronica, speelgoedinstrumentjes, zogeheten sound manipulation en sampling.

Een mondvol om te omschrijven dat Daisy Bell bijzonder intrigerende muziek maakt, waar flarden van onder meer de volgende gezichtsbepalers overheen zijn gedrapeerd: de Britse supergroepen Pink Floyd en Soft Machine, de Engels-Franse psychedelische rockgroep Gong, de Duitse synthesizerformatie Tangerine Dream, slagwerker Robert Wyatt en altsaxofonist Didier Malherbe. Allemaal in meer of mindere mate representanten van de in de jaren zestig en zeventig zo gevierde spacerock.

Toch doet deze omschrijving Daisy Bell niet voldoende recht. Het trio stipt de bouwstenen van voornoemde Engelse musici weliswaar aan, maar bouwt ze uit met de technische middelen van nu: computers en elektronica. Plus met hun eigen inzichten. En die zijn bewonderenswaardig. Waarbij Daisy Bell er in slaagt de muziek altijd transparant te houden, aan hun instrumenten nieuwe geluiden te ontlokken en ondoordringbare lavastromen van elektronische vulkanen te vermijden.

Klanklandschappen liggen naast dwingende beats en experimentele elektronica. ‘London’, pas de eerste cd die het trio gaat uitbrengen, is daarmee een frappant exposé van Daisy Bell’s nieuw ontdekte uitingsvorm om met eigentijdse muzikale hulpmiddelen een breed publiek te kunnen bereiken.

 

 

Daisy Bell: Dyane Donck, Evelien van den Broek en Richard van Kruysdijk. foto Theo Huijgens

 

 

Verwondering

De naam Daisy Bell doet lieflijk aan en wekt verwondering. Enerzijds door haar muziek, anderzijds door het feit dat Daisy Bell de titel is van een liedje uit 1892, dat voor het eerst door een IBM-computer werd gezongen. Dat was in 1961.

Daisy Bell kun je multidisciplinair noemen, omdat naast muziek ook performance, beeldende kunst en video- en lichtkunst deel uitmaken van het concept. Plus op de nieuwe cd: poëzie. Die van de Engelse dichter William Blake (1757-1827). ‘Je kunt het karakter van de cd het best samenvatten als avant-gardepop met een flinke dot elektronica op gedichten van Blake,’ zeggen de drie musici. ‘Dat was voor ons de uitdaging: wat kun je met het antieke Engels van William Blake in combinatie met moderne popmuziek. Zijn gedichten zijn vaak teksten om te worden gezongen, zo hield hij zichzelf ook tijdens het schrijven voor.’

‘We hebben de teksten van William Blake praktisch geheel in stand gehouden. Soms gebruiken we vier regels uit een gedicht. Maar we veranderen niets en halen ook geen regels door elkaar. Ook zingen we ze niet in modern Engels. Het zijn in feite gewoon liedjes. Bij de cd zijn de teksten van de tien stukken die hij bevat, toegevoegd. Tijdens optredens worden de teksten geprojecteerd, op, om en over ons heen. Ze vormen onderdeel van het toneelbeeld. De woorden van Blake bevatten zoveel metaforen, dat het fijn is dat je er op deze manier iets van meekrijgt. Het is daarbij niet zo dat de tekst het middelpunt vormt.’

Daisy Bell neemt een centrale plaats in in het leven van Dyane Donck, Evelien van den Broek en Richard van Kruysdijk. ‘Een hele grote plek,’ vullen zij aan. ‘Onze muziek past ook bij toneel- en dansvoorstellingen en grote projecten. Zo hadden wij vorig jaar een samenwerking met het gamelanensemble Gending in Dyane’s multimediaproject ‘The Obscure Thoughts of Isabella Green’. Volgend jaar werken we samen met Slagwerk Den Haag. Wij denken altijd projectmatig. Daisy Bell is een constante factor waar andere initiatieven aan worden toegevoegd. Het is daardoor een project zonder einde. Ook de verschillen tussen ons drieën zorgen voor goede uitgangspunten.’

 

 

Evelien van den Broek. foto Gemma van der Heyden

 

 

Zangeres

‘Ik studeerde film- en muziekwetenschappen,’ zegt Evelien van den Broek. ‘Nu schrijf ik regelmatig muziek voor theater- en dansvoorstellingen en andere initiatieven. Ik ben zangeres, niet alleen in Daisy Bell, maar ook samen met Dyane. Altijd met veel elektronica erbij. Compositie en zang zijn mijn twee werkgebieden. Ik ben dit jaar ook geprogrammeerd op November Music, met een solostem en elektronicaproject. Dyane treedt er trouwens ook op.’

Dyane Donck en Richard van Kruysdijk volgden de kunstacademie. Daardoor zijn zij vooral visueel ingesteld. Dat komt mooi uit, omdat Daisy Bell de podiumpresentatie uiterst belangrijk vindt. Neem de kleding. ‘In onze begintijd werd die gekenmerkt door de kleuren zwart, zilver en geel. Tegenwoordig is er sprake van veel felle kleuren. Op het podium zoeken we naar afwisseling en extremiteit. Je bent tenslotte een performer. We willen een totaalbeeld. Dat komt door onze verschillende achtergronden. Als je naar onze muziek luistert, doet de podiumpresentatie écht iets. Alles moet meewerken. Licht willen we bijvoorbeeld ook als middel inzetten.’

 

 

Dyane Donck. foto Gemma van der Heyden

 

‘Als je Daisy Bell wilt karakteriseren, moet je meer aan popzangeres Björk denken,’ zegt Richard van Kruysdijk. ‘Er zijn bands die veel extremer zijn dan wij. Onze aankleding doet de aandacht van het publiek niet verslappen. Integendeel, die wordt erdoor versterkt. In muziek vergroot je toch emoties uit. In Nederland kun je er een negatief imago mee oplopen, in Amerika zorgt het gewoon voor een vette show.’

Een kenmerk van Daisy Bell is dat het trio zich steeds nieuwe zaken eigen maakt. ‘Ik ben niet in één ding heel goed,’ zegt Dyane Donck daarover. ‘Ik wil alles wat ik tegenkom gewoon gebruiken, zelf dingen oppakken. Wij zijn niet bang voor allerhande muziekinstrumenten, we doen er gewoon dingen mee. We willen er bijzondere klanken uithalen. Zo is het ook met de concertina van Evelien, die ze vóór Daisy Bell nog nooit had bespeeld. Het mixen van de muziek en het gebruik van elektronica inspireren voor nieuw materiaal. Wij zijn technisch niet virtuoos, maar zoeken het in de combinatie van klanken. Daar zit het interessante van Daisy Bell.’

‘Wat in jezelf zit, kun je lekker uitvergroten,’ vindt Evelien van den Broek. We doen heel veel tegelijk: aan-uit, aan-uit. Het is voortdurend druk door dat multi-instrumentale en de elektronica. In onze beginperiode maakten we veel meer gebruik van elektronica. Dan kon je niet zien wat we deden. Inmiddels zijn we meer fysieke musici geworden, wij communiceren méér dan onze laptops. Vroeger zag je Richard niet drummen, nu wel.’

 

 

Richard van Kruysdijk. foto Gemma van der Heyden

 

 

Sleutelen

De zo eigenzinnige stukken van Daisy Bell ontkiemen onder de handen van alle drie de musici. ‘Iemand komt met een opzet voor een liedje en daar gaan we met z’n drieën aan sleutelen. Het wordt dan totaal anders dan wat de demo laat horen. Dat is het fijne aan ons, dat dit gewoon zo kan.’ ‘Tja,’ lacht Dyane Donck, ‘ik heb eerder met mensen gewerkt waar je dat niet zo mee kon doen.’ Richard van Kruysdijk verduidelijkt wat de onderlinge samenwerking zo prettig maakt. ‘We hebben voor onszelf een soort visie geformuleerd voor wat we belangrijk vinden in een nummer. Datzelfde geldt voor de methode die we hanteren. We gaan gewoon kijken hoe we een opzet tot het bot kunnen uitkleden en zien wat we dan over houden.’

Over de totstandkoming van de cd is het trio laaiend enthousiast. De opnamen vonden in 2013 plaats in Hilvaria Studio’s in Hilvarenbeek. Daar tekende Sandor Calon voor. Vorig jaar gingen die opnames naar Londen, waar ze in handen kwamen van producer Darren Allison. Richard van Kruyswijk kende diens kwaliteiten. Toen hij muziek hoorde van de Belgische formatie Amatorski ging hij onmiddellijk voor de bijl. Hij zocht de website van Allison op en mailde hem. ‘We dachten dat het toch niet lukte om de opnamen bij hem onder te brengen,’ zegt het drietal. ‘Maar hij bleek toen juist tijd te hebben. We hebben hem demo’s gestuurd en kregen meteen ellenlange mails terug. Het geluid van Hilvaria Studio’s klonk precies als die van Studio 2 van de legendarische Abbey Road-studio’s.’

Daisy Bell trok tien dagen naar Londen om in de Triangle Studio van Allison bij de eerste mixing aanwijzingen te kunnen geven. Darren Allison was daarna vier maanden continu bezig met het afmixen van de tien stukken. ‘Hij heeft van onze muziek een driedimensionaal geluid gemaakt. Darren bouwt en schildert met geluid. Hij is op dat gebied een maniakale freak. Hij kan elektronische muziek heel warm laten klinken. Onze cd is voor een deel in Londen ontstaan. Naar die stad hebben we ook de titel van de cd genoemd.’

 

 

Daisy Bell in Hilvaria Studio’s in 2014. foto Gemma van der Heyden

 

 

Investeren

Richard van Kruysdijk ontwierp de cd-hoes en nam ook het andere artwork voor zijn rekening. Daisy Bell heeft de hele productie van ‘London’ zelf betaald. De cd komt uit op het Duitse label Opa Loka dat ook voor de distributie zorgt. Dat betekent dat ‘London’ een dure productie is, vooral het honorarium voor Darren Allison weegt zwaar door. ‘We denken wel dat we er financieel in gaan, maar dat hebben we er voor over. Het is onze eerste plaat! Zo’n beginperiode is gewoon een kwestie van investeren. We hebben zevenhonderd cd’s laten maken en vijfhonderd lp’s. Wie de vinylplaat koopt, krijgt er een link bij om de muziek te downloaden.’