HOME CUBRA

INHOUD AUTEURS

Brabant Cultureel • Brabant Literair

Tijdschrift voor kunst, cultuur en literatuur

62ste Jaargang - december 2013

 
HOME BC / BL Contact / Reageren Archief Brabant Cultureel Archief Brabant Literair
 
 

Margriet Luyten. foto Brigitte van Heck

 

Margriet Luyten, Levenswerk, t/m 12 januari 2014 in De Pont, museum voor hedendaagse kunst, Tilburg.

www.depont.nl

www.margrietluyten.nl

 

Margriet Luyten, Levenswerk. Met teksten van Leo Delfgaauw, Douwe Draaisma en Peter Sonderen. Vormgeving Bart Smit. ’s-Hertogenbosch: Pels en Kemper Uitgevers 2013, 200 pp., ISBN 9789079372126, pb., € 29,50.

www.pelskemper.nl

 

Citaten van de kunstenaars in Levenswerk

 

Ik ben vieux jeux, dat is over and out... Ik ben destijds begonnen met oude waarden een schop te geven, en dat doen ze nu weer. Ík word nu geschopt. Dat is dikwijls niet zo leuk natuurlijk, maar het hoort er bij...

Co Westerik (1924)

 

Het belangrijkste is dat ik kan schilderen... Zolang ik kan werken... Dan ga ik nog maar een eindje door.

Ger Lataster (1920-2012)

 

Eindelijk komt dan de erkenning... Nu zijn ze met Centre Beaubourg ook bezig. Die hebben er al eentje op zicht genomen.

Henk Peeters (1925-2013)

 

Ik krijg een tentoonstelling in Boijmans, over een jaar... Jongeren zijn altijd eerder aan de beurt dan ouderen. Die dienen zich terug te trekken. Maar dat gaat toevallig niet helemaal op, want ik kom toch nog in Boijmans...

JCJ Vanderheyden (1928-2012)

 

Ze hebben nog geen tekeningen van mij in het Stedelijk... alleen textiel en papier, maar geen tekeningen. Is me nog niet gelukt...

Loes van der Horst (1919-2012)

 

Het is bij mij grafiek, grafief, grafiek. Dat is mijn leven... a dedicated printmaker. Ik heb voor zó veel mensen gedrukt: Corneille, Jim Dine, Allan Kaprow...

Nono Reinhold (1929)

 

Ik kan ook nog 150, 160 rijden... en dan een boete oplopen. Da’s reflexen hè. Ge hebt dat of ge hebt dat niet...

Roger Raveel (1921-2013)

 

©Brabant Cultureel / Brabant Literair – december 2013

Kunst als een gevecht tegen de tijd

 

In de projectiezaal van De Pont is tot en met 12 januari Levenswerk te zien. Dat is een bijzonder videowerk waarin Margriet Luyten in een verstilde atmosfeer negen kunstenaars portretteert die allemaal vóór 1930 zijn geboren.

 

door Joep Eijkens

 

Wat heb ik van mijn leven gemaakt? Wat had ik anders moeten aanpakken? Wat zou ik nog graag willen bereiken of doen? Wie ouder wordt, stelt zichzelf vroeg of laat dit soort vragen. Voor schrijvers en kunstenaars krijgen ze een nog dringender karakter. Zal hun werk hen overleven?

Die laatste vraag speelde door mijn hoofd bij het zien van Levenswerk, een videowerk van Margriet Luyten. De kijker komt hierin oog in oog te staan met negen beeldend kunstenaars, allen geboren vóór 1930. Achtereenvolgens zijn dat Armando, JCJ Vanderheyden, Ata Kandó, Roger Raveel, Ger Lataster, Nono Reinhold, Henk Peeters, Co Westerik en Loes van der Horst. Alle negen geportretteerd in hun laatste levensfase. Vijf van hen zijn inmiddels overleden.

 

 

Dubbelportret Armando, videostill uit Levenswerk, Margriet Luyten 2010-2013, met links foto van de jonge Armando © Maurice van Kinsbergen.

 

Levenswerk past in de thematiek van ‘vergankelijkheid en eindigheid’ waarmee Margriet Luyten (1952) al meer dan tien jaar bezig is. In 2009 publiceerde de Bossche kunstenares het boek Stervelingen dat uitkwam bij gelegenheid van een gelijknamige expositie in Museum Van Bommel van Dam in Venlo. Je zou dat boek een soort drieluik kunnen noemen. In het eerste deel worden Luytens fotografische portretten van honderdjarigen gecombineerd met hun jeugdfoto’s uit het familiealbum. Diezelfde combinatie treft men in de daarna volgende serie post mortem foto’s van vroeg gestorven kleine kinderen. En dan is er nog de reeks Ella, over het levenseinde van Luytens eigen moeder, waarmee het eigenlijk allemaal begon in 2002.

 

Stilte

Voor Stervelingen maakte Luyten gomdrukken en cyanotypieën, negentiende-eeuwse drukprocedés die de sfeer van sterfelijkheid en vergankelijkheid nog versterken. Voor Levenswerk koos de kunstenares een uitgesproken hedendaags medium, video. Maar opnieuw combineert ze eigen werk met oudere foto’s die door anderen gemaakt zijn. In de entreehal vóór de eigenlijke projectiezaal waar het videowerk vertoond wordt, kom je eerst langs negen tweeluiken van de kunstenaars, gefotografeerd in hun jonge en oude jaren, zeg maar in het begin van hun carrière en op het einde daarvan.

Het is een bescheiden intro tot het videowerk waarin de negen ieder op zijn of haar beurt een minuut of vier per persoon voor het voetlicht worden gebracht. Misschien beter uitgedrukt: waarin de kunstenaars ons tegemoet treden, ons even toelaten in hun kleiner geworden leefwereld. Hoewel ze na verloop van tijd ook praten, overheerst de stilte. Het is een stilte die je nog intensiever laat kijken, om niet te zeggen: ondergaan.

 

 

Ata Kandó, videostill uit Levenswerk, Margriet Luyten 2010-2013.

 

Elk ‘hoofdstukje’ heeft nagenoeg dezelfde opbouw: het fotografische jong-oud tweeluik in zwart-wit dat we al eerder zagen in de intro gaat bijna ongemerkt over in het gefilmde portret, omgevingsgeluiden worden hoorbaar, er komt kleur in de beelden, het min of meer nadrukkelijk in de lens kijken heeft plaats gemaakt voor een lossere houding, de kunstenaar komt kort aan het woord en een enkeling zien we ook heel even aan het werk. De woorden van de kunstenaar worden bovendien geprojecteerd, waardoor ze sterker bij de kijker binnen komen en blijven hangen. (Zie de citaten hiernaast.)

 

Te laat

Zelf werd ik vooral getroffen door de woorden van schrijver en beeldend kunstenaar Armando (1929): ‘De tijd is meedogenloos... De enige remedie is kunst maken, kunst als een gevecht tegen de tijd. Het is een gevecht dat je verliest... De tijd stil laten staan lukt me niet, maar ik probeer het altijd weer.’ En door die van Ata Kandó (1913), de van oorsprong Hongaarse fotografe die de eerste vrouw was van Ed van der Elsken: ‘Ik heb nog een project dat niet klaar is, maar omdat ik niet goed kan zien, gaat het heel moeilijk. Ik kan niet lezen, ik weet niet of ik het nog klaar krijg. Ik heb het te lang laten wachten, ik was bezig met boeken uitgeven en tentoonstellingen en interviews... Je rekent niet goed uit dat je oud wordt.’

De inmiddels honderdjarige Kandó heeft Levenswerk gelukkig nog kunnen zien, anders dan Loes van der Horst, JCJ Vanderheyden, Ger Lataster, Henk Peeters en Roger Raveel die overleden voordat het videowerk helemaal klaar was. ‘Maar iedereen heeft wel zijn of haar aandeel kunnen zien,’ zegt Margriet Luyten.

 

 

Dubbelportret Ata Kandó, videostill uit Levenswerk, Margriet Luyten 2010-2013, met links foto van de jonge Ata © Ed van der Elsken - Courtesy Nederlands Fotomuseum.

 

 

Band

De Bossche kunstenares vertelt dat ze met Levenswerk begon in 2009, kort na de publicatie en expositie van Stervelingen. Op de vraag hoeveel kunstenaars ze benaderd heeft om mee te werken, antwoordt ze dat de eerste beoogde kandidaat helaas nee zei. ‘Ik heb toen besloten om mensen te benaderen via tussenpersonen die hen al kenden. Zij namen ook het boek Stervelingen mee en konden uitleggen wat ik wilde. Dat ik niet uit was op een kabbelend gesprek en dat ik ook niet inhoudelijk in zou gaan op hun werk.’ Die opzet lukte. ‘Niemand heeft geweigerd, alleen bij twee mensen kwam ik te laat.’ Nee, ze noemt geen namen.

 

 

Ger Lataster, videostill uit Levenswerk, Margriet Luyten 2010-2013.

 

Het valt me op dat de kunstenaars vooral in het begin heel nadrukkelijk in de lens kijken en hun best lijken te doen om zo stil mogelijk te zitten en te zwijgen. Heb je hen zo geïnstrueerd?

‘Nee, hoor. Het is heel natuurlijk gegaan, ik wilde niks ensceneren. Vergeet niet dat ik vele uren bij hen ben geweest en heel veel materiaal had. Bovendien, doordat je op den duur een goede band kreeg met elkaar, kon er ook gezwegen worden. Toen ik met dit videowerk begon wist ik nog helemaal niet in welke vorm het zou moeten, dat is pas gaandeweg duidelijk geworden. Maar ik wilde het niet in de vorm van een gesprek – ik ben geen documentairemaakster.’

 

 

Loes van der Horst, videostill uit Levenswerk, Margriet Luyten 2010-2013.

 

 

Boek

Het lijkt me dat video voor dit soort onderwerpen een sterker medium is dan fotografie.

‘Natuurlijk! Anders had ik het toch niet gedaan? Bij het overlijden van mijn moeder heb ik ook met video gewerkt maar niet in die mate. Dit is mijn eerste videowerk. Met video kun je meer laten zien. Op een foto kun je bijvoorbeeld wel de broosheid van iemand laten zien maar niet traagheid waarmee hij beweegt. Zoals je ook niet zijn stem kunt laten horen, en hoe die klinkt, helder of krakend.’

 

 

Dubbelportret Nono Reinhold, videostill uit Levenswerk, Margriet Luyten 2010-2013, met links foto van de jonge Nono, fotograaf onbekend.

 

Er is ook een mooi vormgegeven boek gemaakt, maar dat ‘werkt’ voor mij lang niet zo sterk als het videowerk.

‘Daar ben ik het absoluut niet mee eens. Het is een op zichzelf staand geheel van videostills, vormgeving en een paar fantastische essays. Bovendien staan er ook een paar atelierfoto's in die niet voorkomen in het videowerk.’

Ben je al met nieuw werk bezig?

‘Wel in mijn hoofd, maar nog te weinig uitgesproken om er mee naar buiten te komen.’