De
feesten en partijen van vroeger
Stuur uw bijdrage aan:
eindredactie@brabantsdagblad.nl
De
armendokter
Inzending
van Marc Blokland
DE
ARMENDOKTER.
Hij
ging door zijn wijk met een vetleren tas
Die
net als hijzelf, vaal van ouderdom was
Bij
dag en bij nacht zag je hem ermee sjouwen
En
waar hij ook kwam, schonk hij kracht en vertrouwen
Als
hij door zijn wankele brilletje naar je keek
Dan
vond je dat alles zo beroerd niet meer leek
En
onvermoeid klom hij naar muffe alkoven
Langs
krakende, verveloze trappen naar boven.
2
Hij
had in het hart van die armeluisbuurt
Op
driehoog twee zonloze kamers gehuurd
Waar
schemering toefde in zomer en lente
Daar
hielp hij met eindeloos geduld z'n patiénten
De
deur droeg geen naamplaat heel sjiek gevernist
Want
geen kind dat het huis van de dokter niet wist
Je
zag éénmaal het portaal in geschoven
Alleen
een verveloos bordje, de dokter woont boven.
3
Al
dertig jaar werkte hij daar in die wijk
Hij
kende geen rust, maar geen cent was die rijk
Van
niks zei hij steeds kun je heel moeilijk betalen
Maar
binnen tien jaar kom ik het echt wel eens halen
Kijkt
niet zo beschimmeld, wees blij met die pracht
Van
'n knul die ik vannacht voor je mee heb gebracht
Tob
nou niet om de centjes, je moet me geloven
Voor
dat ik honderd ben, ben ik die slag wel te boven
4
Hij
ging door z'n wijk met een vetleren tas
De
kou sneed soms fel door zijn glimmende jas
Maar
toch bleef hij kleumend vaak glimlachend praten
Met
het grut uit de achterbuurt straten
Toen
is het gebeurd op een triestige dag
Dat
het armeluisbuurtje oom dokter niet zag
Verbijsterd,
ze konden het echt niet geloven
Keek
het volk naar de dichte gordijntjes daar boven.
5
Hij
ging door de wijk , zonder vetleren tas
Geen
huis waar 't gordijn niet gesloten van was
Voor
't eerst kon, na dertig jaar offerend leven
Oom
dokter voor dit leed geen troost ze meer geven
Men
vlijdde hem neer in de geurende grond
Een
plek waar geen marmeren gedenkteken stond
Maar
daar in het zand werd vol liefde geschoven
Z'n
verveloos bordje,,,,,,DE DOKTER WOONT BOVEN.
Dit
lied werd gevraagd en werd gezongen door
JAAP MOLENAAR. omstreeks 1960
|