Het
paard
Het
paard is eigenlijk niet door O.L.H. geschapen. Het is in omloop
gebracht. door Job van de scharren, de St.Jobstok en de mesthoop.
(De Tilburgsen weten met die scharren en dieje Jobstok wel raad).
Hij heeft dat beest zeker nodog gehad voor dieje mesthoop, waar
hij altij zo graag op zat.
Boer
Pigge, bij ons tegenover, doet dat ook. Niet op de nesthoop
zitten, maar 'm wegrijden mee z'n paard. Ik speul ook wel graag op
'n mesthoop. Dat ruikt wel niet fijn, maar ik krijg er geen
puisten van, wel 'n pak slaag van onze pa.
In
het aardsparadjs waren er geen paarden, maar wel 'nen ezel en 'ne
grote ook, die heette Adam.
Het
paard is een samengesteld dier. Het wordt niet geboren maar in
elkaar gezet. Het bestaat uit klissen, met een huid eromheen. Ons
moeder koopt er wel eens een. Ik bedoel geen huid maar een klis.
Het paard heet paard omdat het paardehaar heeft.
Het
paard dient om hard te lopen en om te hinneken. Als het paard geen
paard is dan is 't 'nen ezel. Een ezel dient ervoor om op te
schilderen, om er op te slaan en om er op te schelden. God heeft
zowat alle dieren helemaal alleen gemaakt. Het paard niet dat
wordt gemaakt door O.L.H. en de smid. O.L.H. maakt het bovenste
stuk, waarop men kan gaan zitten en de smid maakt de onderkant,
dat hiet hoeven. De hoeven zitten met de poten aan het lijf
vastgemaakt.
Het
paard is een heel slim beest en daarom is het dan ook geen ezel.
Er zijn paarden die kunnen rekenen en tellen, dat noemt men
telgangers. De school van het paard hiet circus en krijgt daar
veel slaag, net als bij ons op school.
Ik
had altijd gedacht dat de zebra eigenlijk ook een paard was. Ik
heb nu veel platen gezien van de reclame van kachelpoets en nu
snap ik het wel dat een zebra niks anders is dan kachelpoets met
een zwembroek aan.
Er
zijn verschillende soorten paarden. Er zijn paarden van klissen en
paarden van hout. Kleine kinderen rijden graag op een paard van
hout. Dat hiet dan hobbelpaard en vallen daar dikwijls af. Grote
mensen rijden ook wel graag op een houten paard en dat hiet dan
stokpaard en zijn daar haast niet af te krijgen.
Een
ander soort paard hiet hengst. Die is niet van hout maar van
paardenbief. Ik wist vroeger niet wat een hengst was. Mijn broer
van de MULO heeft het me duidelijk uitgelegd. Het is heel
gemakkelijk. Hij zei: "Als ge wilt weten of een paard een
hengst is of niet, dan moet ge eens kijken naar de staart. Als
daar een knoop in ligt dan is het een hengst. Paarden die geen
knoop in de staart hebben dragen allemaal een vrouwennaam: ze
heten merrie. Dat is Engels en dat betekent Marie." De mensen
gaan gewoonlijk boven op een merrie zitten en dat is heel gewoon.
Maar als een merrie boven op een mens gaat zitten is dat gewoon
een nachtmerrie.
Een
strijdros is een paard dat heel graag vecht. Maar heel stevig
schijnen die beesten niet te zijn, want ge hoort dikwijls dat ze
gevallen zijn op het veld van eer. Ze schijnen echt slap op hun
benen te staan.
Nou
wordt het eventjes geleerd want ik heb in mijn woordenboek gekeken
daar staat in: Een muildier is de fatale en tragische consequentie
van een hippische mésaliance. Ik vroeg onze meester dat uit te
leggen. Dat deed ie weer echt op z'n schoolmeesters. Hij zei:
"Eeen muildier is de uitkomst van een vermenigvuldiging die
een heel ander product opleverde, dan men menselijkerwijze had
mogen verwachten." Dat rook nog teveel naar ons rekenboekje
en daarom ging ik naar boer Pigge, bij ons tegenover, en die
zeigewoon: "Een muildier is een beest dat een paard geweest
zou zijn als de moeder niet zo ezelachtig was geweest."Dat
was heel duidelijk maar snapte er niks van.
Een
veulen is een klein paardje niet te verwarren met paartjes die
lichtschuw zijn en bij voorkeur 's avonds op pad gaan in de
maneschijn en het liefste de kant van de weg opzoeken of nog
verder weg. Ze zijn goed voor het verkeer, maar mijn oudste broer
zegt dat dat fout is en moet verkering zijn. Maar dat woord ken ik
nog niet, komt later wel. Mijn oudste broer, dieje stiekeme
binnevetter heeft ook een paartje gehad met Dientje van de smid en
gingen dat beestje dikwijls 's avonds afdraven ofschoon die broer
van mij anders te lui is om een voet te verzette. Laatst schijnt
hij toch een flinke oplawaai van dat paartje gehad te hebben, want
hij kwam thuis en zei dat hij een blauwtje gelopen had. Ik vroeg
aan hem of ik dat blauwtje eens mocht zien. Toen heb ik drie dagen
met een blauw oog gelopen. Nou schijnt hij wijzer geworden te zijn
en gaat hij voortaan overdag rijden. Hij komt nou altijd bij Mevr.
Janssen die heeft een daghitje. Dat heeft ze laatst gekocht. Ik
heb het in de krant zien staan dat ze er om vroeg.
Een
heel moeilijk paard is het Nijlpaard. Dat hiet zo omdat het geen
paard is en ook niet in de Nijl leeft. Het is eigenlijk niets
anders dan een grote bek die zwemt.
Paarden
zijn ook vochtige dieren dat kan men op straat zien en ruiken .
Soms slaan ze wit uit dan worden ze schimmels genoemd.
Een
knol is een paard dat vroeger een paard was maar nu niet meer.
Knol is de verleden tijd van paard.
Een
ros is een paard waar rosbief van wordt gemaakt door de
paardenslachter. Die versnippert oude knollen tot runderlapjes en
verkoopt die de mensen als knollen voor citroenen.
En
nou geloof ik dat ik er maar eens mee ophoud, want van zoveel
paardewerk word ik zo moe als een paard.
|