De
huizen hadden deuren en kozijnen
In
stemmig beige of in donkerblauw
'n
Straat vol dichte, muffige gordijnen
En
alle huizen waren even grauw
Behalve
dan dat ene huis van jou
Piet
Retiefstraat, Piet Retiefstraat
Ach,
waarvoor die Piet Retief staat
Heeft
me nooit wat kunnen schelen
Nee,
dat ging aan mij voorbij
Want
het ging me om één huisje
In
die monotone rij
Want,
lieveling, daar woonde jij
Daar
woonde jij
Je
kon dat straatje achteloos doorlopen
Je
overzag 't in één oogopslag
Er
viel nooit iets te halen ofte hopen
Toch
fietste ik je huis langs, elke dag
Vol
vlinders als ik dan je schaduw zag
Piet
Retiefstraat, Piet Retiefstraat
Waar
't huisje van m'n lief staat
Met
z'n donkerblauw kozijntje
En
z'n even blauwe deur...
Ach,
ik dacht nooit aan iets anders
En
toch werd 't nooit 'n sleur
De
wereld had 'n blauwe kleur
Die
blauwe kleur
Het
bleef bij af en toe je schim aanschouwen
Je
ging voor ik 'n kans kreeg van mij heen
Wat
rest zijn al die woningbouwgebouwen
Die
eeuwig meer zijn dan wat blokken steen
't
Was immers daar dat jij voorgoed verdween
Piet
Retiefstraat, Piet Retiefstraat
Stil
verdriet-straat, ongeriefstraat
Hartverscheurend
stukje Oerle
Tranendal
in Tilburg-Zuid
Alles
hier doet aan je denken
Deur
na deur en ruit na ruit
Ik
fiets jouw straat voor altijd uit
Voor
altijd uit
|