INHOUD 
 JOS DE VET
HOME
INHOUD POËZIE
SPECIAAL
AUTEURS
TEKSTEN
KUNST
FOTOGRAFIE
BRABANTS
GELUIDSBESTANDEN

Print  Pagina

Jos de Vet

 

 

SNORTZICHTIG

 

Met mijn ogen nederwaarts gericht

kijk ik naar mijn korte snor

die op mijn wat vaal gezicht

een ornament van wang tot wang is

Zodoende  kijk ik wederom

niet verder dan mijn neus lang is

 

 

YEAR OF THE PHYSICS (2005)

Waarde Albert,

 

Je zei : E = mc kwadraat.

Dat klinkt lang niet kwaad

en is misschien wel waar

maar bewezen is het niet.

Ik heb daarentegen

-en dat is zonneklaar-

al menigmaal gezegd:

3 x 3 = 9 !

 

Ieder zingt zijn eigen lied

Het klinke goed, het klinke slecht.

 

 

 

 

ACHT KIPPEN ZONDER KOP

 

Najaar is ‘t, nat en guur

zo rond ‘t middernachtelijk uur.

 

Knuppel de vos, rechtgeaard,

vrijwel kaal maar onvervaard,

sluipt naar een 8-kips hoenderhok

en klopt daar aan: tok tok tok tok.

 

De acht kippen veren op:

hup húp hup húp  hop hóp hop hóp !

Ze springen haastig van de stok.

“Hoorde je dat tok tok tok?”

kakelen ze blij van zin,

“da’s vast een zuster, een vriendin,

of -hoera!- zelfs wel een Haan

die van heel ver hier vandaan

naar ons toe is komen lopen.

Doe maar gauw ‘t deurtje open”.

 

Zo gekakeld, zo gedaan.

“Tok tok tok, wie zou daar staan?”

 

Geen kip te zien....maar wel de vos!

‘t Achttal was alras de klos.

Knuppel maakte vaardig daar

de titel van ‘t vers dubbel waar.

 

Lering:

Zoals men ook hierboven ziet:

D’ene tok is d’and’re niet!

 

 

O’MILL  90 ?

John O’Mill, O, John O’Mill,

ben je dood of leef je?

Ben je dood, groet dan van mij

de geest van Tante Eefje!

 

Maar zo niet, verras dan ons ‘ns

met wat nieuwverzonnen nonsens!