Het
gedicht 'opdracht' van Jace van de Ven
Vandaag
was het zo ver. Tillburg heeft eindelijk haar eigen 'bikkelharde poëzie'.
Natuurlijk waren er al de dichtstenen rond de schouwburg en een gedicht
rond het Wilhelminapark. Maar nu toch eindelijk zoals het hoort een
gedicht van Tilburgse bodem. Het gedicht is te zien bij de woning van
Tilburgs eerste stadsdichter (2003-2005) Jace van de Ven in de Noordstraat
79b.
Na een mooie inleiding door Jef van Kempen is de glasplaat waarop het
gedicht staat afgebeeld onthuld. De eerste aanblik er van ontlokte een net
nog niet tiener die naast mij op de grond zat het volgende: "O maar
da maag nie, mee unne stif op unne ruit schrève...".
Al
met al een aanwinst voor de stad dat hopelijk navolging krijgt. Overigens
schreef Jace dit gedicht toen hij 17 of 18 jaar oud was. Het is door zijn
vrouw Hetty uitgekozen als favoriete gedicht en niet ontdaan van de kleine
onvolkomendheden, zoals Jace zelf zegt.
Jef
van kempen tijdens zijn toespraak.
Opdracht
Als
eens deze tijd een cirkel zal trekken
En leven limietloos zal zijn
Ach
wil mij dan enkel nog nektar verstrekken
En
eeuwig een brok ambrozijn
En
mogen dan allen zich voor mij vertonen
Die
stierven van liefdesverdriet
Ik
wil hen zo graag met mijn nektar belonen
Zo
sterven, dat lukte mij niet
Jace
van de Ven