INHOUD ZUINIGHEID
INHOUD LEED
HOME
AUTEURS
TEKSTEN
BRABANTS
INTERVIEWS
SPECIAAL


Print Pagina

Zuinigheid van vroeger - Reacties
Stuur ons uw verhaal over de zuinigheid van vroeger
Inzendingen: leed@brabantsdagblad.nl

Koos Manders

Ik heb wat zitten grasduinen en misschien wat interessants gevonden.

Nu eerst iets uit een kookboek uit 1942 en daaronder enkele recepten voor het koken met de moderne hooikist (voor de zuinigen onder ons).

Uit het boekje: Koken . . . Nu!
Recepten voor Distributie- en Oorlogstijd door Mia de Kok, 1942, Moeder-Bibliotheek 


Het voorwoord luidt: 
Gaarne voldoe ik aan het verzoek om een kort woord vooraf mee te geven aan dit nieuwe kookboekje, omdat het m.i. in de Moeder-Bibliotheek een belangrijk, zoo niet onmisbaar onderdeel vormt. Het verzorgen van de dagelijksche maaltijden is voor de huismoeder altijd een verantwoordelijke, en op 't ogenblik een zeer zware taak, die met alle andere beslommeringen zooveel tijd vergt, dat het haar veelal niet lukt om zich op de hoogte te stellen van de thans mogelijke en wenschelijke voedings- en bereidingswijzen. 


Wat is dus practischer, dan haar terzijde te staan met de ervaring van leeraressen, die hier de ondervindingen, opgedaan in de Kooklessen aan de Rotterdamsche Huishoudschool en verduidelijkt met het meest sprekende van haar theoretische kennis, kant en klaar voor onmiddellijke toepassing aanbieden? 


Waar uiteraard de moeilijkheden van "Nu" ook aan het Kookonderwijs niet zijn voorbijgegaan, ben ik overtuigd, dat voor de huismoeder succes verzekerd is, indien zij volgens deze recepten kookt en haar gezin vergast op de beschreven koude voorgerechten en boterhambelegsels, waarvan ik de vermelding in 't bijzonder op prijs stel. 


Moge "Koken...Nu'' vele moeders de taak verlichten. 


J. E. REDEKE,
Wr. Directrice van de Rotterdamsche Huishoudschool. 


De inhoudsopgave ziet er zo uit :


Iets over voedingsleer
Brandstofbesparing
Gewichtstabel
Koude voorgerechten
Soepen
Warme voorgerechten
Visch, vleesch en vervangingsgerechten voor vleesch
Hartige sausen
E‚npansgerechten
Groenten
Aardappelen
Nagerechten
Broodbeleggingen
Dranken
Versnaperingen
Gebak
Menu's


Ergens in het boek staat deze opmerking :


HUISVROUW, Uw oude bereidingswijze was vaak voor U veel rustiger: alles van te voren klaar maken, tot slot even opwarmen. Uw taak wordt nu door een beter voedingsleerinzicht verzwaard, maar de gedachte aan het welzijn van Uw gezin, zal U tot de moderne bereidingswijze doen overgaan. En dan zult U zien, dat het went en meevalt en U hebt Uw plicht tegenover Uw gezinsleden beter vervuld hebben. 


Enkele hoofdstukken:


Brandstofbesparing


Wanneer we dit opschrift lezen, dan zijn er dunkt me twee manieren om te reageren.
De één denkt: "Ha, nu zal ik het leeren."
De ander: "Ach, het zal wel weer hetzelfde zijn, wat ik al zoo vaak hoorde." En beiden kunnen gelijk hebben. 


Er zijn nu eenmaal huisvrouwen, die bijna vanzelf weten hoe ze haar huishouding zoo zuinig mogelijk moeten drijven en die ongemerkt al jaren lang zoo economisch mogelijk werkten. Ja, voor hen zal hier niet veel nieuws komen. Bij het bereiden van gerechten is nu eenmaal warmte noodig en daarmee kunnen we zuinig of royaal omspringen en zuiniger dan zuinig kan het niet. 


Maar ter zake.
Willen we zuinig werken, dan moeten we in de allereerste plaats: 


I. Op de juiste manier gebruik maken van de warmtebron.
Bij gebruik van gas worden de volgende regels voorgeschreven door de gasbedrijven:
- Zet de gerechten met zoo weinig mogelijk water op.
- Steek het gas aan nadat de pan of de ketel is opgezet.
- Breng alles op de volle vlam (dus vlug) aan de kook. De volle vlam mag echter niet buiten de panbodem treden; temper in dit geval met de kraan tot de vlam juist binnen de panbodem blijft.
- Stel de vlam klein, zoodra de inhoud van de pan kookt.
- Kook altijd met het deksel op de pan, want ontwijkende damp is verlies van warmte. 


Vooral tegen punt 4 wordt nogal veel gezondigd. Heel veel menschen kunnen en willen niet gelooven, dat de gerechten op een kleine vlam precies even vlug gaar zijn als op een groote. Toch is het zoo. Het komt er alleen op aan, dat de inhoud van de pan eerst goed door moet koken voor we mogen temperen. Maar dan blijft de temperatuur ook 100 °C.
Draaien we het gas hooger, dan blijft de temperatuur en dus ook de kooktijd precies hetzelfde, alleen wordt de kans op aanbranden veel grooter. We moeten dan dus met meer water koken en onnoodig veel gas gebruiken.
Dus: stel de vlam klein, zoodra de inhoud van de pan kookt. 


Voor electrisch koken gelden de volgende regels:
- Gebruik de pannen, die bij de kookplaat behooren, z.g. "electrische pannen".
- Gebruik pannen van de juiste grootte, d.w.z. dat de doorsnee van de pannen liefst 2 cm. grooter moet zijn dan de doorsnee van de kookplaat.
- Zet de gerechten met zoo weinig mogelijk water op.
- Breng alles bij de hoogste schakelstand aan de kook.
- Schakel de schakelaar op 1, zoodra de inhoud van de pan kookt.
- Schakel de schakelaar op 0, ongeveer 10 minuten voor het gerecht gaar is.
- Kook altijd met het deksel op de pan. 


Over punt 1 valt nog iets te zeggen. Er bestaan electrische kookplaten, waarop gewone pannen gebruikt mogen worden. Toch heeft men ook hierop betere resultaten met "electrische pannen". 


II. Niet te veel koken.


In de tweede plaats moeten we niet meer koken, dan we noodig hebben. Dat klinkt eenigszins vreemd in deze tijd van bezuiniging. Toch worden ook hiermee fouten gemaakt, vooral wanneer het het koken van water betreft. 


Hoeveel maal per dag hebben we niet kokend water nodig? Afwaschwater, "thee"water, scheerwater, kruikenwater? En hoevelen van ons koken dan precies de juiste hoeveelheid?
Laten we er eens op letten en nagaan hoeveel of er noodig is voor 1 kruik, 1 trekpot enz.
En mochten we wat te veel gekookt hebben, bewaar dat dan in een thermoskan of -flesch.
Verder wordt er vaak teveel water gedaan op de gerechten (zie punt 1 bij gas, punt 3 bij electriciteit), omdat we bang zijn voor aanbranden. Aardappelen en groenten kunnen met heel weinig water gekookt worden, wanneer we maar temperen zoodra het water kookt.
Het koken met weinig water is niet alleen belangrijk uit zuinigheidsoverweging, maar ook uit voedingsoogpunt. Nemen we zooveel water, dat het juist verdampt is als de gerechten gaar zijn, dan behoeft er niets afgegoten te worden en dan is er ook geen verlies van voedingsstoffen. In het kookwater lossen n.l. vitaminen en zouten op, beide zeer belangrijke voedingsstoffen. 


III. Zoo kort mogelijk koken.
Ten derde moeten we alles zoo kort mogelijk koken; natuurlijk wel zoo lang, dat de gerechten gaar zijn, maar niet "doodgaar".
Dat is zoo'n eigenaardige uitdrukking; men bedoelt er waardeering mee, terwijl het uit voedingsoogpunt absoluut verkeerd is. Door het lange koken gaat het vitaminengehalte sterk achteruit; vooral voor groenten is dit een groot nadeel. 


De meeste groenten zijn in 1/2 uur of korter gaar, ook roode, witte en  savoyekool. Langer koken kost dus meer brandstof en doet de voedingswaarde achteruit gaan. Zet daarom de gerechten zoo laat mogelijk op. 


IV. Stapelkoken.
In de vierde plaats kunnen we z.g. stapelkoken. Iets, dat zachtjes moet trekken, b.v. soep, kan gezet worden bovenop een andere pan. Zijn de pannen van gelijke doorsnee en hebben ze een z.g. stapelrand, dan kunnen ze zoomaar op elkaar gezet worden. Is de bovenste pan veel kleiner dan de onderste, dan kunnen we gebruik maken van een stapelring.
Toch moeten we voorzichtig zijn met wát we stapelen. Gerechten, die vlug moeten koken, zooals groenten, en melkspijzen, gerechten dus, die bij langzaam koken in vitaminengehalte achteruitgaan, komen voor stapelkoken niet in aanmerking. 


V. Koken in hooikist en kranten.
Ten slotte kunnen we op brandstof besparen, door gebruik te maken van hooikist, kookzak, koksmaat of kranten.
 

Een hooikist kunnen we zelf maken of kant en klaar koopen. Een kookzak is gemakkelijk zelf te maken. We naaien twee zakken met een ronde bodem. De eene zak krijgt een bodem van 'plus-minus' 24 cm. middellijn, de andere van 'plus-minus' 32 cm. De opstaande rand van de kleinste wordt ongeveer 36 cm., van de grootste ongeveer 40 cm.
De kleinste zak wordt in de grootste geschoven en tusschen de beide bodems en de wanden brengen we een vulling aan van verfrommeld krantenpapier, een laag van ongeveer 4 cm. dik. Deze laag moet niet te vast gestopt worden. In plaats van krantenpapier kunnen we ook hooi of houtwol nemen. De wand wordt gevuld tot ongeveer 4 cm. van de bovenkant af. Op die hoogte worden beide zakken aan elkaar gestikt, zoodat dus de vulling er niet meer uit kan. De bovenkant wordt eveneens dichtgestikt en tusschen beide stiksels wordt een band geschoven, zooals in een waschzak. Wordt er nu een pan met kokend heeten
inhoud in een kookzak gezet, hierop een kussentje gelegd en de schuif erboven dichtgetrokken, dan blijft de warmte in de pan vrij lang bewaard en zonder verdere verwarming worden de gerechten hierin gaar. 


De koksmaat is een soort "hooikist", door Bruynzeel in de handel gebracht.


Het koken in kranten zal bij enkele gerechten nauwkeurig beschreven worden.

 

Algemeene voorschriften bij het koken in hooikist, kookzak, koksmaat en kranten zijn de volgende:
Neem een pan, die niet te groot is voor het gerecht, met andere woorden zorg, dat de pan goed gevuld is. Gebruik bij voorkeur een pan met platte deksel en omklapbare oren, een z.g. hooikistpan, die precies in de opening van de "hooikist" past.
Vul zoonodig van te voren bij het gebruik van een kleine pan de opening in de "hooikist" bij met kranten.
Kook de gerechten 1/6 van de normale kooktijd voor. (Deze tijd pas rekenen, vanaf het ogenblik, dat de inhoud goed doorkookt).
Breng de pan na het voorkoken zoo vlug mogelijk in de gereedstaande "hooikist" en sluit deze onmiddellijk.
Zet de "hooikist" bij voorkeur niet op een koude of tochtige plaats.
Laat het gerecht ruim 2 X de normale kooktijd in de hooikist staan.
Gebruik de "hooikist" nooit voor het koken van aardappelen, groenten en melkspijzen, daar deze in de "hooikist" sterk in voedingswaarde achteruitgaan.
Laat de "hooikist" na het gebruik eenigen tijd open staan om goed uit te wasemen. 


We kunnen de "hooikist" gebruiken voor het gaarmaken van peulvruchten, voor gort in water gekookt en voor bouillon.
Over dit laatste nog een enkele opmerking. Wanneer we bouillon trekken duurt dit 3-4 uur; bij bouillon van beenderen getrokken is de tijd zelfs nog langer. Nu is het niet nodig ook hierbij ruim 2 X de normale kooktijd te nemen, 5 uur trekken in de hooikist is voldoende voor vleeschbouillon; voor bouillon van beenderen rekenen we 7-8 uur; maar dan moeten we telkens na 2 uur de bouillon weer even aan de kook brengen en daarna weer vlug in de "hooikist" plaatsen. Deden we dit niet, dan zou de kans bestaan, dat de bouillon zuur werd. 


Bij goed gebruik kan de hooikist een belangrijk hulpmiddel zijn bij de bezuiniging op brandstoffen.


Menu's


Voorjaarsmenu's gedurende een week in de maanden Maart, April, Mei


Zondag
Sla van voorjaarsgroenten
Bloemkool met kaassaus
Aardappelen met tomaten jus
Rabarberpudding met vanillesaus 


Maandag
Bloemkoolsoep, gebonden met een "pakje" soep
Gehakt van witte boonen
Postelein; aardappelen 

 

Dinsdag
Gestoofde visch (b.v. wijting)
Voedzame aardappelsla
Pudding van gemalen gort met puddingsaus 


Woensdag
Stamppot van rauwe spinazie
Gortmoutpap 


Donderdag
Gemarineerde runderlappen
Stoofsla; aardappelen
Yoghurt met beschuit 


Vrijdag
Bruine boonen filosoof
Kropsla
Pannekoek (van gemengd meel) 


Zaterdag
Groot rundvleesch (tevens voor Zondag)
Raapstelen; aardappelen
Vla van "vlapoeder" 


Zomermenu's gedurende een week in de maanden Juni, Juli, Augustus


Zondag
Groentesoep
Ossenhaas (tevens voor Maandag)
Komkommer met tomatensaus; aardappelen
Custardvla met aardbeien 


Maandag
Koud vleesch
Jonge worteltjes; aardappelen
R›dgr›d van gemalen gort 


Dinsdag
Gevulde aardappelen
Peultjes
Aardappelen met bruine saus
Hangop 


Woensdag
Gekookte visch
Tomaten
Aardappelen met peterseliesaus
Karnemelkspudding 


Donderdag
Voedzame sla
Vermicellipap 


Vrijdag
Palingsoep
Tuinboonen
Aardappelen met jus van een pakje
Fruit 


Zaterdag
Garnalengehakt
Andijvie; aardappelen
Lammetjespap 


Najaarsmenu's gedurende een week in de maanden September, October, November


Zondag
Marcaronischelpen
Gebraden konijn (met jus voor 2 dagen)
Appelcompôte; aardappelen
Caramelvla 


Maandag
Konijnensoep, gebonden met een "pakjes" soep
Schorseneeren; aardappelen 


Dinsdag
Worteltjes.
Aardappelen met garnalensaus
Drie in de pan met karnemelk 


Woensdag
Haché
Sla van andijvie; aardappelen
Pap van gemalen gort met zoete appeltjes 


Donderdag
Gemengd gerecht van groene kool
Karnemelksche pap 


Vrijdag
Gebakken bloedworst
Bieten; aardappelpuree
Gortmoutpap met water 


Zaterdag
Witte boonensoep
Stamppot van rauw brusselsch lof 


Wintermenu's gedurende een week in de maanden December, Januari, Februari


Zondag
Tomatensoep
Gehakt
Brusselsch lof; aardappelen
Kabinetpudding 


Maandag
Stamppot van snijboonen
Trommelkoek met stroopsaus 


Dinsdag
Gortmoutlapje (imitatievleesch).
Roode kool; aardappelen
Custardvla met stoofperen 


Woensdag
Rauwkostsla met slasaus
Stamppot van zoutevisch
Gepofte appels 


Donderdag
Lamscarbonaden
Spruitjes; aardappelen
Appelmoes 


Vrijdag
Bruine boonensoep
Zuurkool
Aardappelen met kaassaus 


Zaterdag
Knolraap
Aardappelen met bruine saus
Vruchtengruwel 

 

Feestmenu's gedurende een week in de maanden Maart, April, Mei


Samengestelde hors d'oeuvre van 3 gerechtjes
Tomatensoep
Gebraden kip met bloemkool, worteltjes en aardappelen
Slierasperges
Geleirand met aardbeien
Koffie 


Feestmenu's gedurende een week in de maanden Juni, Juli, Augustus


Meloen
Aspergesoep
Schotel van gekookte snoekbaars met aardappelpuree
Ossetong met slaboonen en zure saus
Frambozenijs 


Feestmenu's gedurende een week in de maanden September, October, November


Kerriesoep
Broodjes met nierragoût
Konijn of haas met appelmoes en aardappelen
Schotel van bleekselderij
Vruchtengeleitjes
Verschillende vruchten en noten
Koffie 


Feestmenu's gedurende een week in de maanden December, Januari, Februari


Gegarneerde vischsla met kunstmayonnaise
Bruine soep
Château-briand met "bevroren" doperwtjes en aardappelen
Nesselrodepudding
Beschuitjes met kaas
"Bevroren" vruchten

 

Iets over voedingsleer


De huisvrouw is verantwoordelijk voor de gezondheid van haar gezin, voorzoover zij het in haar macht heeft hier invloed op uit te oefenen. Door haar gezinsleden een goede voeding te geven, kan zij den gezondheidstoestand gunstig beïnvloeden. 


Maar hoe weet U, huisvrouw, welke voeding de goede is? U doet een keuze uit de voedingsmiddelen, die U in de winkels geboden worden, U bereidt ze misschien zooals U dat van Uw moeder geleerd hebt. 


Is Uw keuze altijd juist?
Bereidt U de voedingsmiddelen op de goede manier? 


In normale tijden is de keuze zoo groot, dat we kunnen volstaan met te zeggen: kiest vrij, maar zoo afwisselend mogelijk. U zult dan waarschijnlijk alle voedingsstoffen in voldoende mate in het voedsel vertegenwoordigd hebben. Maar nu is het moeilijker: de keus is klein, afwisseling is moeilijk te geven. 


Nu moet U weten, hoe U de voedingsmiddelen, die U niet volop kunt krijgen, moet vervangen en hoe U de voedingsmiddelen, die U toegewezen krijgt, zult moeten verdeelen. 


In het algemeen moet U aan deze regels vasthouden: 


Geef een nagerecht met melk, taptemelk of karnemelk, als er in de warme maaltijd geen vleesch of visch voorkomt.
Geef elke dag óf een voorgerecht, óf een nagerecht bij de warme maaltijd.
Zorg dat er in iedere maaltijd een deel van het boterrantsoen voorkomt.
Geef bij minstens één van de broodmaaltijden een voedzaam gerecht, b.v. pap, stamppot, aardappelsla of boonenschelp.
Neem uitsluitend bruin brood op uw bonnen.
Gebruik al uw bonnen op en koop daarnaast nog melkproducten, visch, groenten en zoo mogelijk vruchten. 

 

Onze moeders en grootmoeders hebben vaak fouten gemaakt bij het koken.
Zeker, ze konden het heel lekker, hun eten was zeer smakelijk; dat is een factor, die U nu ook niet uit het oog mag verliezen, maar U moet trachten het eten smakelijk te bereiden en toch geen fouten te maken op het gebied van voedingsleer. 


VROEGER : schillen en uit laten trekken in water
NU : boenen en even uit laten druipen in vergiet 


Welke fouten zoudt U op dit gebied kunnen maken?
U kunt zouten en vitaminen verloren laten gaan.
Is dat erg? Waren uw voorouders niet gezond? Oogenschijnlijk: Ja.
Op den keper beschouwd: Neen. Zij hadden last van voorjaarsmoeheid, hoofdpijn, humeurigheid, randjesoogen, wintervoeten, neusverkoudheid enz., enz. 


Hebben al die kwaaltjes iets met de voeding te maken?
Zeker, al die kwalen zijn vaak te voorkomen door goede keuze en goede bereiding van het voedsel.
Bereid uw spijzen, zooals het in de recepten is beschreven. Er is getracht bij de bereiding de voedingswaarde zooveel mogelijk te behouden. 


Naast zouten en vitaminen hebt u nog andere, even belangrijke voedingsstoffen noodig, n.l. eiwitten, vetten, koolhydraten en water. Deze voedingsstoffen moeten in een veel grootere hoeveelheid voorkomen in ons voedsel, dan de zouten en de vitaminen. Toch hoeft u er niet zooveel aandacht aan te besteden, daar de kans dat u ze met de bereiding verloren laat gaan, niet zoo groot is. Als u bovengenoemde regels volgt, komen alle voedingsstoffen in de door u gekozen voedingsmiddelen voor. 


Tracht nog steeds, al is het moeilijk, afwisseling aan te brengen. Uw moeite zal beloond worden, uw gezin zal er u dankbaar voor zijn, en omdat het de gezondheid ten goede zal komen.

Aldus het kookboek uit 1942!

 

Koken in de ouderwetse hooikist!
 
Oudere lezers kennen de hooikist misschien nog wel van vroeger. De kist werd
in de Tweede Wereldoorlog door de Nederlandse Vereniging van Huisvrouwen
aangeprezen. In een oude kist stond eens: 'Ik Spaer en Maek Gaer'.
Oorspronkelijk had deze kist een vulling van hooi - vandaar de naam - die
jaarlijks vervangen moest worden. Van de moderne hooikist hoeven hoogstens
eens de kussensloopjes in de was.
Een vierkante kist, gevuld met vrolijk geruite kussentjes. De ouderwetse
hooikist, nu niet meer gevuld met hooi maar met houtafval, dat de warmte
zeker 3-6 uur goed vasthoudt, zorgt ervoor dat de producten op een
natuurlijke wijze warm worden gehouden, zodat het proces van nawellen
kosteloos en gezond wordt voortgezet.
Deze kist wordt speciaal gebruikt voor het nawarmen van allerlei
graansoorten, bonen, rijst, maïs, couscous en erwten. Ook voor het rijzen
van deeg en zelfgemaakte yoghurt of kwark is de hooikist te gek.
Maar natuurlijk kan alles hierin warm worden gehouden.
Je hoeft deze producten alleen vooraf kort op te warmen, en dan hup de
hooikist in. Zo blijven de meeste voedingsstoffen ten volle bewaard. Het
alternatief, bijv. bij erwten en bonen ongeveer 3 uur op temperatuur houden
maakt in het energieverbruik een enorm verschil en het hooikistenproces is
dan ook veel natuurlijker. Het nawellen met een zachte warmte van minimaal
60 °C brengt de ingrediënten op een makkelijke manier tot ontsluiten. Het
zet op een romige manier uit wordt beter verteerbaar en brandt niet aan. U
kunt dit rustig 's nachts laten gebeuren en het de volgende dag makkelijk
weer even opwarmen voor het verder bewerken. Zout toevoegen vooraf bevordert
het stukkoken, wat natuurlijk
voor een soep gunstig is.
De hooikist is ook als stevige bijzettafel te gebruiken.
Er is een speciaal boekje voor het koken met de hooikist, waarin de
kooktijden en
bewaartijden in de hooikist duidelijk staan aangegeven. Ook vindt u hierin
een groot aantal recepten: 'Koken met de hooikist' door
kookboekenschrijfster Vreni de Jong. Dit boekje kost EUR 7,95. De hooikist
zelf met de isolatiekussens kost EUR 89,90. Deze kist waaraan u geen
onderhoud hebt, zal u vele jaren plezier geven.
Verkrijgbaar bij De Natuurlijke Molen.
Probeer het eens uit: het spaart brandstof en voorkomt stress in de keuken.
Of de rijst nu een uur of de hele middag in het bedje van wol en
houtsnippers staat te garen, maakt helemaal niets uit. Geen aangekoekte of
aangebrande rijst meer en je hebt lekker de handen vrij voor andere dingen.
Daarnaast is de hooikist geschikt voor het maken van yoghurt en nuttig bij
het laten rijzen van deeg.
 
Enkele hooikist-recepten:
 
couscous
Doe de couscous in een zeef, spoel ze af onder de koude kraan en laat ze
goed uitlekken.
Druppel er wat olie overheen (ca. 1/2 eetlepel op 200 g couscous) en werk
het er met de hand doorheen. Hang de zeef in een passende pan met deksel
waarin nog ten minste 2 cm ruimte is tussen de zeef en de bodem van de pan;
de zeef mag er niet bovenuit steken.
Giet zoveel heet water in de pan dat de zeef er niet in hangt.
Maak een theedoek nat en wring hem goed uit, leg hem diagonaal dubbel en rol
hem op.
Drapeer deze reep tussen pan en deksel en leg het deksel er stevig op. Stoom
de couscous krap gaar in ca. 15 minuten; schep hem af en toe om. Werk nu
vlot: giet het water op een bodempje na uit de pan en stort de couscous in
de pan. Roer het zout er door (1 1/2 theelepel op 200 g couscous) en doe het
deksel op de pan, de theedoek ertussen gespannen (vangt het condenswater
op). Zet de pan nog tenminste een kwartier in de hooikist om de couscous
helemaal gaar te laten worden.

bruine bonensoep met groenten
 
200 g bruine bonen - 100 g haver, gerst of gort - 1 liter water - 1 ui - 2
laurierblaadjes - 5 kruidnagels - 5 jeneverbessen, licht gekneusd - 2
theelepels karwijzaad - 2-3 eetlepels olie - 4 eetlepels bloem - 1 eetlepel
paprikapoeder - 2 theelepels gemberpoeder of 2 theelepels salie of
rozemarijn, gestampt met 2 theelepels zout - evt. versgemalen peper
 
Week de gewassen granen en bonen een nacht in het water. Verwijder van de ui
alleen de lelijke schil. Snijd de ui overlangs doormidden en prik de
laurierbladeren met de kruidnagels op de bolle kant. Leg dit samen met de
jeneverbessen en de karwij bij de geweekte bonen en granen in de pan. Breng
alles langzaam aan de kook en laat het op een spaarbrander 20 minuten koken
(bij gerst en gort 45 minuten).
Verwarm intussen in een pan met dikke bodem de olie met het meel en rooster
het al roerende op een matig vuur lichtbruin. Doe dit meel bij de gekookte
granen en bonen.
Voeg het zout toe, plus paprika of kerrie als u zuurkool gebruikt, salie of
rozemarijn bij wortel of biet. Zet de pan ten minste 2 uur in de hooikist
(gerst en gort 3 uur).
Haal de ui en zo mogelijk de jeneverbessen uit de pan, verwijder de of schil
van de ui en snijd haar klein. Doe dit in de soep. Knip de zuurkool zeer
fijn of rasp de wortel of biet zeer fijn. Giet de bouillon erbij, laat alles
nog een paar minuten pruttelen en roer er van het vuur af de groente en de
zure room door. Strooi de fijngeknipte verse kruiden erover.
Serveer de soep met brood en rauwkost.
Geef wat fruit toe.
Zet voor niet-vegetariërs een kommetje met plakjes rookworst of uitgebakken
plakjes ontbijtspek of dobbelsteentjes rookspek op tafel.

voorjaarspotje van gierst met basilicum en veldsla
 
250 g gierst - 3 dl volle melk - 3 bosuitjes - 2 eetlepels olijfolie - 250 g
veldsla -
250 g room- of geitenbrie - 15 blaadjes basilicum - zout en versgemalen
peper - 25 g boter
 
Gierst wassen en 1 uur weken in 6 dl water. Gierst met het weekwater aan de
kook brengen en ca. 15 minuten zachtjes koken. Melk tot tegen de kook aan
verhitten en met wat zout door de gierst roeren. Gierst 1 uur laten nawellen
in de hooikist (of dekens).
Intussen bosuitjes in ringetjes snijden en beetgaar roerbakken in de hete
olie. Veldsla wassen, even uit laten lekken en in stukjes scheuren. Brie in
stukjes snijden. Basilicum in stukjes scheuren. Gierst met een houten lepel
of mixer tot een luchtige puree kloppen.
Boter erdoor roeren en op smaak brengen met zout en peper.
Bosui, veldsla, brie en basilicum erdoor scheppen.
Direct opdienen.
 
Opmerking: ook lekker met raapstelen, andijvie of waterkers.

rijstebrij
Ideaal te maken in de hooikist is rijstebrij.
 
Was 200 g ronde witte of bruine rijst. Snijd een centimeter of 3 van een
vanillestokje overlangs open en krab de korreltjes eruit. U kunt ook een
theelepel vanillepoeder nemen.
Breng de rijst met het vanillestokje en de vanillekorreltjes in 5 dl water
langzaam aan de kook.
Laat de rijst op een sudderstand 10 minuten koken, bruine rijst 30 minuten.
Roer 2 eetlepels suiker en 1/2 theelepel zout door de rijst.
Laat de rijst in de hooikist 1/2 uur nawellen, bruine rijst 1 uur. Verwijder
dan het
vanillestokje en voeg ca. 2 dl room toe tot de brij de gewenste dikte heeft.
U kunt ook melk toevoegen en een klontje boter. Klop de rijstebrij luchtig.
Lekker als nagerecht bij een lichte maaltijd of als hoofdmaaltijd in een
kindermenu.
Nog lekkerder wordt de rijstebrij met een bessensaus. 
 
Weet u nog niet of zo'n hooikist wel handig is, dan kunt u voor de
rijstebrij best uw bed een keer als hooikist gebruiken. Vouw voor de
zekerheid een handdoek om de pan tegen de hitte.


een recept van Koos Manders ...?
net even anders ...!