CuBra
Inhoud Devotie- prenten
Inhoud De Croon
Home
Speciale bijdragen
Rijk rooms leven

CuBra rubriek van Gerard de Croon

U kunt reageren

Klik hier om een e-mail te verzenden 

Gerard de Croon

Devotieprentjes in woord en beeld - 69

Elke week een aflevering

Een eenvoudige broeder: Koenraad van Parzham (1818-1894)

 

Vanaf het begin van deze serie heb ik geprobeerd zoveel mogelijk een verband te leggen tussen de afgebeelde prentjes en Tilburg. Als dat niet mogelijk was, zocht ik naar de schakel met Brabant. Ik moet toegeven dat dit streven niet altijd succesvol was.

In de aflevering van vandaag is er in ieder geval een verband met de kerkelijke geschiedenis van de stad Eindhoven. De hoofdpersoon van vandaag is namelijk Koenraad van Parzham, een eenvoudige lekenbroeder. En die is bekend in Eindhoven.

 

Op de website van het Regionaal Historisch Centrum in Eindhoven vond ik namelijk de volgende tekst:

De katholieke zielzorg in Drents Dorp ( wijk in Eindhoven. gdc) had wat voeten in aarde. Het was burgemeester A. Verdijk die in 1923 bij de bisschop van ’s-Hertogenbosch aandrong op vestiging van de Orde van de Kapucijnen in de te bouwen arbeidersbuurt in Strijp. Het Provinciaal Bestuur van de Kapucijnen zag telkens problemen, waardoor het tot 1936 duurde voordat een rectoraat werd opgericht. De plaats voor het klooster annex kerk werd de hoek Beukenlaan – Bezemstraat. Deze straat zou later Koenraadlaan worden genoemd, naar de patroonheilige van de het complex, Koenraad van Parzham. Architect was H.M. van Beek uit Eindhoven. Zowel plek als ontwerp zouden weer voor geharrewar zorgen, maar uiteindelijk kon A. Mertens uit Venray de bouw aannemen voor ƒ 264.160 en begon de bouw op 7 december 1937." ( De fundamenten werden ingezegend in 1938. gdc)

 

"Het zou niet de constructie van de kerk maar het wegblijven van parochianen zijn die de kerk deed sneuvelen. Nog eenmaal bij de sluiting op 25 november 1979 was de kerk overvol. Een nieuwe bestemming werd niet gevonden, waardoor de slopershamer onvermijdelijk werd. In de winter van 1989-1990 verdween de kerk, een jaar later het aanpalende klooster."

Wie was Koenraad van Parzham?

 

Zijn leven laat zich in enkele woorden samenvatten, zoals blijkt uit de tekst op de achterkant van het prentje:

 

"De Gelukz. Koenraad was de zoon van welstellende landbouwers van Parzham, parochie van Weng in het bisdom Passau (Beieren). Na een vlekkelooze jeugd ging hij op zijn 31e jaar binnen bij de Minderbroeders-Capucijnen als leekebroeder, in het Sint-Anna klooster te Altoetting, waar hij 43 jaar portier bleef. Hij had een bijzondere godsvrucht jegens het Allerheiligste Sacrament en de Onbevlekte Moedermaagd. Elken dag diende hij de H. Misse in Maria's wijdvermaard heiligdom. Armen en pelgrims bij duizenden hebben aan de deur van het klooster zijn goedhartigheid en weldoende liefde ondervonden. Zijn kloosterlijke zedigheid, zijn ingekeerdheid en dienstvaardigheid stichtten al die hem zagen . Elkeen zegde: Ziedaar een heilige waarin Gods Liefde brandt. Hij stierf in geur van heiligheid den 21 April 1894. Paus Pius XI heeft hem in Juni 1930 gelukzalig verklaard."

 

Cum approbatione ecclesiastica.

De Nederlandse Capucijn dr. Calasantius geeft een wat uitvoeriger levensschets in het boek Met de heiligen het jaar rond, dl 2 . (Bussum, 1953) Hij vertelt o.a. dat Koenraad als jongetje Hansl heette. De kinderen in zijn omgeving zeiden over hem: "De kleine Hans is een engel". Elke zondagmiddag trok de kleine Hans naar een kapelletje in het bos om te bidden voor Maria. Dankzij een godvruchtige pastoor in een naburig dorpje stelt hij zijn hele leven in dienst van de kerk. Hij besluit in te treden als lekenbroeder in de orde van de Capucijnen. Bij zijn inkleding krijgt hij de naam Koenraad. Hij wordt na zijn professie aangesteld als portier van het klooster in Altötting. Die functie vervult hij 41 jaar met grote toewijding. Vele bezoekers kwamen hun hart bij hem uitstorten. Hij hoorde ieder geduldig en begripvol aan en de meesten gingen getroost naar huis.

 

Paus Pius XI zag Broeder Koenraad als een model voor onze moderne wereld en verklaarde hem in 1934 heilig zoals op de voorkant van het prentje vermeld is.

 

Bronnen zijn alle genoemd in de tekst.