INHOUD DD
HOME
SPECIAAL
AUTEURS
TEKSTEN
BRABANTS
INTERVIEWS

PRINT PAGINA
 

DD = Dames Dubbel (Geux en Koogje)

 


Geux:

OP EEN MOOIE PINKSTERDAG

Na de Kerststol en het Paasbrood, heeft iets soortgelijks zijn weg kunnen vinden naar het winkelschap van de supermarkt. U zat er allemaal vast ook al héél lang om verlegen: het Pinksterbrood.
Het bestaat…
En volgens mij zit het tot de laatste krent boordevol met conserveringsmiddelen, zodat u het op iedere kerkelijke feestdag - het hele jaar door - mag noemen zoals u wilt: Maria Boodschapmoederkoek, Lichtmisschnit, Jozefkampioentje, Onnozele Kinderen Kadetjes, of Hubertusbroodje de Luxe.

Vandaag zit ik aan tafel met een aantal collega’s, waarvan één véél jonger is – dan wat er doorsnee bij ons aan tafel zit. Terwijl de muziek van een Gouwe Ouwe uit de speaker schalt, en door de meeste van ons de tekst van het lied bijna woordelijk meegezongen kan worden, kijkt zij ons aan alsof wij hard aan een rolator en een bezoek aan ‘Beter Horen’ toe zijn.
Bij alle liedjes die bij ons herinneringen oproepen, is zij maagdelijk blanco – ze bestond gewoonweg amper. Wanneer wij ‘oudjes’ elkaar, en ook haar- na de korte lunch alvast prettige vrije Pinksterdagen toe wensen: met veel vurige tongen en zo – lijkt er iets in haar te ontwaken.
‘Vurig T O N G E N ?’ vraagt ze aarzelend, alsof het een ook voor háár herkenbaar ritueel betreft; wat aan haar reactie te zien nog steeds ‘in’ is, maar waarvan zij niet verwacht dat wij dit volksgebruik nog actief praktiseren. ‘Vurig TONGEN?’ herhaalt ze, met een gezicht vol ongeloof en van blhaaawaahgg en jakkes, dat ze nog nét in de plooi kan houden, ‘Eh,…vúrig… tóngen?’

…wij hebben het erbij gelaten: we keep the young soul alive…

Voor alle ‘jonge’ lezers: (en geloof het, of geloof het maar niet)

…Toen de dag van Pinksteren aanbrak, waren zij allen op één plaats bijeen. Plotseling kwam er uit de hemel een geraas alsof er een hevige wind opstak, en het vulde heel het huis waar zij waren. Er verschenen hun vurige tongen, die zich verspreidden en zich op ieder van hen neerzetten. Zij raakten allen vol van heilige Geest en begonnen te spreken in vreemde talen, zoals de Geest hun ingaf.

…Pinksteren komt van het Griekse pentecoste, dat ‘vijftigste’ betekent of de vijftigste dag ná Pasen (en dus tien dagen na Hemelvaart). Het staat voor de vijftig dagen durende ‘vreugdetijd’ van de paaskring, die met de viering van het Pinksterfeest officieel wordt besloten.

…Pinksteren is één van de oudste grote feesten van de Kerk, de gedachtenis van de ‘uitstorting van de Geest, de Trooster’. Dit vond als vanouds plaats tijdens het Wekenfeest (sjawoeoth) in Jeruzalem. Het stond niet alleen voor het eeuwenoude oogst- en pelgrimsfeest, maar vooral ook voor de gedachtenis aan de gave van de Thora, het overhandigen van de Tien Geboden aan Mozes op de Sinaï en het begin van Israëls bestaan als nationale en religieuze gemeenschap.

…Tegen die achtergronden wordt het Pinksterfeest door de Kerk gevierd als feest van de (eerstelingen van de) Geest. Vandaar dat op die dag ook vaak een doopsel, een belijdenis of een ambtsbevestiging gevierd wordt. Maar het kan ook gezien worden als het geboortefeest van de universele Kerk. Niet toevallig gaat dan extra veel aandacht naar de zending en missie van de Kerk. De liturgische kleur is rood. Het verwijst naar de vurige tongen waaronder de Geest neerdaalde. Gevierd wordt de komst van de heilige Geest en de eerste verkondiging.

…Vanaf de derde eeuw wordt de afsluiting van de Paastijd, de 50e dag, een zelfstandige feestdag. Vroeger werden met Pinksteren vanuit de nok van de kerk duiven losgelaten en bloemblaadjes naar beneden gegooid. In Italië vliegt er nog steeds een speelgoedduif met een vlam over een rail van achter naar voren door de kerk, waar vuurwerk is opgehangen, dat dan ontploft. In de middeleeuwen werd Pinksteren uitbundig gevierd. Een uitverkoren meisje werd tot pinksterbruid gekroond en op het dorpsplein zetten mannen een pinksterboom neer. Stoere jongens klommen naar de top. Iedereen danste eromheen en het lekkere pinksterbier vloeide rijkelijk.

Pinksteren, de vijftigste dag (7 x 7 + 1), als dag van de voltooiing, wordt uiteraard ook in de Oosterse kerken gevierd. In deze christelijke kerken is met Pinksteren de grond bedekt met gras en bloemen. Daarmee wordt verwezen naar de nieuwe paradijstuin, die er ooit zal komen en onverwoestbaar is sinds Gods geest in deze wereld aan het werk is. Sinds Pinksteren dus.
De joodse traditie leest op Pinksteren het boek Ruth, de grootmoeder van de latere koning David: het genieten van de oogst van zijn land geeft ook verplichtingen tegenover armen en vreemdelingen. Misschien iets om eens over na te denken op deze Pinksterdagen…

Maar gewoon ‘vurig tongen’ met de Pinksterdagen, is natuurlijk ook prima!


Terug naar begin van de pagina