 |
Geachte
burgemeesters, geachte familie Robben, geachte aanwezigen,
Op
zaterdag 21 september vond in het provinciehuis in Den Bosch een
symposium plaats over streektaal en identiteit. Een van de
uitkomsten van de discussies was dat de Brabantse identiteit en de
Brabantse cultuur worden versterkt door het dialect. Verder werd
vastgesteld dat streektaal en groepsgevoel in elkaars verlengde
liggen. Er werd een manifest aangenomen waarin onder meer deze
onderwerpen zijn verwoord.
Deze
conclusies na afloop van een symposium met eminente deelnemers en
het samenstellen van het manifest gaven mij een dubbel gevoel. Als
pleitbezorger van het dialect vond ik daarin erkenning voor het werk
waarvoor de Stichting Tilburgse Taol zich al bijna tien jaar
inspant. Anderzijds had ik het gevoel dat er blijkbaar eerst
hooggeleerde dames en heren iets moeten zeggen alvorens iets serieus
wordt genomen. In die zin is er helaas nog maar weinig veranderd.
|
Toen
wij bijna tien jaar geleden met de Stichting Tilburgse Taol
begonnen, deden wij dat vanuit het diepe besef dat de Tilburgse
identiteit en het Tilburgs dialect als het ware twee handen op een
buik zijn. Je kunt die twee niet los van elkaar zien.
Dit besef had
in Tilburg een vruchtbare voedingsbodem omdat heel veel Tilburgers
nog dialectsprekers zijn en deze combinatie van identiteit en
streektaal feilloos aanvoelen. Op deze combinatie is het succes van
de Stichting Tilburgse Taol dan ook gebaseerd. Wanneer wij
bijvoorbeeld tijdens een Tilburgs Diktee een maffe act bedenken als
het gezamenlijk maken van rommelpotten of met een zaal vol
volwassenen aan het klepperen slaan, dan heeft dat daar mee te
maken.
Lange
tijd hebben we ons als roependen in de woestijn gevoeld, totdat in
Den Bosch dan recent het symposium plaatsvond. Ik zou de mensen die
werk gaan maken van het manifest uit willen nodigen ook bij de
Stichting Tilburgse Taol te raden te gaan. Wij delen graag onze
kennis van de schitterende dialecten van Brabant.
De
grote inspirator voor ons werk was en is Cees Robben. Toen wij met
de Stichting Tilburgse Taol begonnen, hoefden we elkaar maar aan te
kijken om te beseffen, dat hoe we het ook zouden doen, we het in de
geest van Cees Robben zouden doen. Cees voelde namelijk perfect de
inspirerende koppeling aan tussen dialect en identiteit. Daarom zijn
zijn Prenten van de Week zo onnavolgbaar sterk. Daarom roepen die
meteen zoveel herkenning op en warme gevoelens en het toffe besef
Midden-Brabander te zijn.
Al
die jaren hebben wij in de geest van Cees Robben aan de weg
getimmerd. Zelfs onze wisseltrofee ademt zijn sfeer. Het is een
bronzen plastiek in de vorm van een tekenaarspen, bekroond door de
kenmerkende pet van Cees. Deze trofee kunt u trouwens in de vitrine
hier in de tent bekijken. Dit jaar, op vrijdagavond 8 november
aanstaande, wordt deze wisseltrofee weer toegekend aan de winnaar
van het negende Grôot Diktee van de Tilburgse Taol.
Eind
vorig jaar kwam de steeds aanhoudende publieke belangstelling voor
het werk van Cees Robben plotsklaps in een stroomversnelling. Dit
als gevolg van een door de Stichting Tilburgse Taol georganiseerde
overzichtstentoonstelling van de Prenten van de Week. Deze expositie
is gehouden in de centrale gang van het St. Elisabeth Ziekenhuis.
Het initiatief maakte ontzettend veel los, veel meer dan zelfs wij
hadden gedacht. Ter gelegenheid daarvan mocht ik in het gewaardeerde
tijdschrift Tilburg een biografie publiceren van Cees Robben. De
expositie mondde uit in een eveneens door de Stichting Tilburgse
Taol georganiseerd symposium over de persoon Cees Robben en zijn
werk. Zonder overdrijving durf ik te stellen, dat zij die er bij
zijn geweest, een unieke avond hebben beleefd.
Het
was tijdens dit symposium dat de familie Robben definitief besloot
tot de heruitgave van de zeven originele Tilburgse Prentenbuukskes
en de uitgave van een nieuwe bundel met als thema ‘de Kroeg’. De
presentatie van deze acht verschillende buukskes gaat zo meteen
gebeuren. Zonder overdrijving kun je stellen dat dit het culturele
hoogtepunt is van Tilburg in 2002. Ja, zonder overdrijving, want
deze boekjes vormen samen een heel belangrijk stuk cultureel erfgoed
van Tilburg. Die magnifieke koppeling tussen dialect en identiteit
druipt er van af. En dit weer past precies in onze overtuiging, dat
wie zijn eigen cultuur en identiteit goed kent, zich open kan
stellen voor andere culturen. Daarom tot slot deze conclusie: een
multiculturele samenleving, waarin wij geloven, kan niet bestaan
zonder een ruime plaats voor het dialect, de streektaal als drager
van de eigen identiteit.