Belevenissen van een Juffertje in 't Groen
door Anouk Reefman
 

Pieken & Dalen

 

Onze enige kip is verkouden en Sinas, mijn spreeuw, heeft de hik.

De ene ‘pipt’ om de haverklap met een sprongetje door de tuin en de ander combineert doodleuk haar hik –en daardoor eetprobleem- met een schoudervullende versiertoer. Het sprokkelt en keuvelt vrolijk verder, niets aan ‘t handje.


Spreeuw met de hik.

Juffert realiseert zich: het leven gaat gewõõn door. Niks het klimaat is naar de klote. Een verkoudheid en de hik gaan vanzelf over. Ja, ja, je moet het gewoon modern weten te combineren. Sois!

Sinas spreeuw hikt “Schat, nu schijnt de zon, “hik” zullen we een nummertje? “Hik” kan ik dadelijk wèl door de “hik” ingang van ons vogelhuisje!”

(Want zie er maar eens binnen te komen met eieren in de buik en de hik onder het middenrif).


Spreeuwpa checkt haalbaarheid.  

“Jemig”, denkt deze juffert dan, was ik maar niet zo laat begonnen met ‘het ervaren’ van de natuur.”

Deze grote werkelijkheid doet een stadse wankelen. Het duizelt je bij zoveel nieuwigheid, spontane aanpassingen en veranderingen à lá minute. Ook rotsvaste bestendigheid maakt er deel van uit, kijk maar naar buiten en zie de hoedster van het huis!

Oh, ja.


Onze hoedster van ’t huis.

Vastberaden ziet onze Uilenvrouw vanuit haar Notenboom het water magisch paars opglimmen en zet even één klepje open na die uitgesproken angst van Juffert. Hoezo is het klimaat onvoorspelbaar, is het nu ook onbetrouwbaar?

“Ach, ach ...ts ts. Als je er maar niet wakker van ligt, laten we het daar maar op houden.”

“Nou ehhm, ja maar…, ik wil ook zoals U, blijven genieten van de omgeving.” “Als het kan.”

En mijn lief Uilenmijntje, dat lukt me zo moeilijk. Hoe lukt het jou dan om stoïcijns te blijven, in het NIET volgen van die abnormale pieken en dalen? Normaliter doen wij mensen zoiets een keer op skivakantie. We dalen en pieken weer naar boven met sneeuw en zon tegelijk.  


Eerst daalt ‘t en dan piekt ’t daarna vanzelf op de boom.

“Juf houvast in ’t leven kan je beter met een korreltje zout nemen”.
“ Oooh. Kunnen de ‘seizoenenplaatjes’ van onze basisschool, die van de 21ste voor winter en drie maanden verder de 21ste voor lente,  definitief richting casinotafel? Gokken doet misschien nog recht aan de rariteiten van dit moment?”


Crocus

“En ik heb net geleerd dat de opgeslagen hoeveelheid zonne-uren bepaalt wanneer een bloem gaat bloeien, en niet de beroemde symbooltjes op de aankoopverpakking. En ja hoor: gaan we in no time van zon naar storm, van regen naar zon en van sneeuw weer naar de zon. Onturfbare pieken en dalen in géén tijdsbestek: de Rozemarijn bloeit begin februari doodnormaal naast de krokus en de Helleborus (de kerstroos). Krijg zeker wat!”.


Rozemarijn.

“Nou enne.. Ik heb mijn teltabellen dus maar in de prullenbak gegooid. Die voorgenomen wijsheid van telbare zonne-uren kan weg.

Het is anders. Hoe dat weet ik ook niet.”

Ik houd mezelf vanaf nu maar wat vaker voor ‘t lapje: drijfzand doet z’ n intrede. De storm heeft twee nestjes in het bos uit de boom gewaaid, waarvan één met ei. Ik heb iedereen verteld dat het zeker een vergeten ei WAS van vorig jaar. Dat kan óók nat van binnen zijn en het stonk niet. Of toch?


tja, nestje/ei.

Ons boerenonkruid: de Vlier, steekt gezellig overal z’n veelkoppig monstertje op, jawel al in januari.


De Vlier fluit al weer.

De dassen, die op hun oude tijd (mmm!) kleintjes krijgen, en pa wordt luidruchtig zoals vanouds van de burcht gejaagd. Papa Das kiest het hazenpad en vindt “de bloemburcht” en “hazelaarburcht” bezet en begint doodleuk aan een nieuwe bij het oude jagershuisje. (Welk één moed: het bloed van geslachte reeën is er nog nauwelijks opgedroogd.)


Dassenprint van een lekker ding.

Onze huisbuizerd krijgt er O-benen van hoor, ik spaar u het aanzien, maar hij doet op zijn eigen manier nog even een piek en dal na. We weten niet precies hoe hij landt, waar onder -en bovenkant zit. Een hoop veren, zonder hoofd. Wat we wel weten is dat ook hij vastberaden zijn eigen ding blijft doen. Hoe dan ook, dat zal onze weg ook wel zijn. Welk een saaaaamhorigheid.


Onze Huisbuiz probeert ook ietszzz.