Belevenissen van een Juffertje in 't Groen
door Anouk Reefman
 

Een knap uiltje

De zon schijnt eind november nog pal op mijn toet. De rozen en veel eenjarige bloemen bloeien door en er vliegen zelfs vlinders rond.
Het moet niet gekker worden. Juffert wenst zich niet langer bezig te houden met de vraag of het ja dan nee herfst of nazomer is, zo vlak tegen de winter. We nemen gewoon alles maar eens lekker voor lief en genieten van de getijdengrappen.

De voortu in eind november

We zijn namelijk al eerder voor het lapje gehouden, het went? Deze lente géén uilenkinderen in de uilenboom zoals ik eerder had voorspeld. Nee, Val en Tinus Uil zijn gewoon ordinair hoog in de beukenlaan geboren. Ik heb ze al ernstig toegesproken dat dit niet de bedoeling is, voor ‘t geval ze zelf aan mini’s gaan denken. Maar ja, wat is wijsheid hè? Kom maar eens met overtuigende argumenten. Nou, die dacht ik gevonden te hebben met de groene specht. Die op zijn beurt eens even mooi die notenboom met geheime kamer en al meende te kunnen claimen.


‘Vriendje’ verkent de uilenboom.

We hebben zoveel groene spechten hier wonen nu, dat zelfs de ouwelui zich wel eens laten fotograferen! Zo schuw zijn ze dus niet meer en dat stimuleert een juffert om haar kraamplannen hoopvol bij te stellen. Klinkt toch voornaam: “ tja, twee jaar achtereen Bosuilbabies; en nu gaan we voor wat Groenspechtenspul voor het raam!”. Een coole juffert belazert de boel? Die specht denkt er het zijne van en inspecteert midden in bosuilenland het mogelijk misgenoegen van een uil.

Een beetje holbewoner wil denk ik ook zon op zijn toet. Ons groene waterveulen hinnikt vliegend naar de andere kant van het huis en kiest een dikke allerlaatste stoofpeer als landingsbolwerk in de al kale perenboomgaard.
Tjéetje, krijg nou wat, dat ze fruit eten wist ik wel, maar zo prominent als een trapezewerker de goeie peer uithangen?


De stoofperenspecht.

Wat een plaatje! Juffert besluit niet cool maar coulant te wezen en keurt zijn verlaten van de uilenkraamkamer goed. De eer blijft nu aan de uilen. De grotere Bean & Bucket (2005). Elke nacht horen we ze toch trouw hun november flirtje fluiten, dus dat moet goed komen.
En jawel, na twee dagen een tikkeltje vorst, de bladeren kleuren bruin en vallen, zit daar onze Bucket in de boom te roesten. Hoe ik dat tot op de uil af weet?


Bucket krijgt bezoek (1)

Tja, let maar eens op. Kleine uiltjes zijn zo nieuwsgierig en dan heeft deze juffert eenvoudig het nakijken. Vorig jaar lente liet de tweeling zich als baby redelijk goed vastleggen. Bucket is op de foto (2) de onderste bosbird, met een meer grijze donsbaard, tenminste vergeleken met Bean.


Bean (boven)& Bucket (onder) (2)

Onze grotere Bucket op de foto 1, heeft nog steeds veel grijs op haar wangen èn kennelijk nog steeds iets met eksters. Zo’n eksterexamen kom je niet zomaar eventjes te boven?
Als takkeling werd ze, zoals u misschien weet, al eens aangezien voor een smakelijk hapje. Gelukkig kon hun moeder dat toen vliegensvlug voorkomen. Bucket donderde wel van schrik naar beneden en juffert kon voor ‘t eerst in haar leven haar uilenkind vasthouden èn redden.
Dat was pas ècht cool!


Bucket als ‘smakelijk’ hapje?

Bosuil Bean daarentegen, heeft een eigen soort vogel als abonnementje, ook niet mis te verstaan: Vlaamse Gaaien. Op zijn koppie is Bean bruiner gekleurd dan zijn zus. Als baby, was Bean al een echt nieuwsgierig uilenhaantje de voorste.

Nu hij groot is komt ie ook roesten in onze notenboom. De Vlaamse Gaai zal hem vast wel even helpen herinneren aan de spechtenplannen van de juffert. Weet Bean veel dat de groenerik allengs vertrokken is?
Hij stoort zich nergens aan, schuift hoogstens zijn luikjes een keer open en dicht, verroert verder geen vin. “Dag, adhdGaai hoe ist met je ritanol, jongen?


Dag “adhdGaai


Bean onverstoorbaar