B i j z o n d e r  n a t u u r l i j k
door Wim van de Wouw

 

- Langs de Rozep -

Het was goed weer, en nog steeds geplaagd door de ziekte van lyme, cadeau gedaan door een teek, kon ik het niet opbrengen thuis in de stoel te zitten. Zo trokken wij [mijn vrouw en ik] er op uit om na lange tijd weer eens langs de Rozepbeek te wandelen.


De Rozep

De Rozep zoals de beek wordt genoemd, begint na diverse samenvloeiingen, in het Moergestelsbroek de vormen van een beek te krijgen, en slingert zich dan via de Heikant en de Doezen in Moergestel, langs en door de Oisterwijkse bossen. Hij passeert de Oirschotse baan, en gaat dan bijna rechtlijnig door en langs de landerijen van de familie van Wely??, en het beekdal van de Laaghoeve.


De Rozep

Meanderend gaat ze door de bezittingen van de Ver. Tot Behoud Van Natuurmonumenten, stroomt onder de zandweg , door de ,,Stenenheul,, slingert zich vervolgens door uitdrogende moerassen tussen Nemerlaer en de Posthoornse heide, om uit te monden via de Kleine A [Beerze of Smalwater ??] in de Essestroom.
De Rozep stroomt door moerassen van oude natuurlijke verbredingen van de vroegere loop, dit zijn de z.g. Rozepputten.
Deze verlandingen zijn een gevolg van de rampzalige ontginning en ontwatering van het Moergestelsbroek in de jaren '30 van de vorige eeuw.
Eens een uniek natuurgebied waarover Jack P Thijse schrijft; "dat hij in verrukking stond bij het aanschouwen van hectares hooiland die rood waren gekleurd door het bloeiende 'Handekeskruid' [Orchideeen ]."
Vele Blauwborsten en de Roerdomp vergezelde hem op zijn tocht door dit unieke gebied.
In het belang van de bovenstroomse ontginningen zijn eveneens vele meanders in de Rozep omgelegd om snellere afwatering van de ontgonnen gebieden te verkrijgen.

Dat de Rozep veel breder was is nog duidelijk te zien aan de oude stroomruggen, op vele plaatsen nog duidelijk zichtbaar.
Ook hier en daar nog zichtbaar zijn de restanten van de visdammen, in het verre verleden aangelegd door vissers die hier visrecht hadden, het waren versmallingen aangelegd vanaf de stroomrug, zodat in die versmallingen fuiken konden worden geplaatst.  


Restant van een visdam

Het was n.l zo: Veel vissoorten gingen paaien in de waterrijke gebieden in het Moergestels broek. Na de paaitijd waren vooral de Rozepputten zeer visrijk dan werden fuiken geplaatst en de vis voor verkoop gevangen, de visserij was mede een inkomstenbron voor vooral kleinere boeren, wevers, en andere kleine zelfstandige ambachtslieden.

Veel van deze geschiedenis is mij verteld door mijn goede buur, wijlen Willem van Biljauw, wiens grootvader boer- wever en visser was en een of meerdere visdammen bezat.

Maar nu verder met onze wandeling langs de Rozep, niet zover hoor, dat lieten onze kramperige kuiten op de oneffenheden van de oever niet toe, maar toch zagen wij veel moois, genoten van de vogels, de bloemen en de bomen, en van de meanderende loop van het beekje.
De rode bessen van de bergvlier sieren de takken, het ooievaarsbekje waarvan het zaad de eigenschap bezit zich zelf in de bodem te boren, het penningkruid, en andere planten sieren de oevers. Ook groeide hier in het verleden het 'Kleine Guigelheil' doch dit is hier al vele jaren niet meer waar genomen, het 'Dubbelloof ' siert de oever evenals de 'Bosbies'. 


Bergvlier


Penningkruid


Dubbelloof


Bosbies

Een boomstronk heeft hier gediend, of dient misschien nog als 'Specht smidse'
Hierbij klemt de specht dennenappeltjes in de spleten van de boomstronk, om zich te goed te doen aan zaadjes en insecten.


Specht-smidse

Voor wij aan de 'Stenenheul' komen zien wij nog hoe de berk en de eik dicht tegen elkaar gedrukt vreedzaam samen naar het licht groeien. En een nestholte, hoogstwaarschijnlijk leeg geroofd door een Ekster of Vlaamse Gaai, die wij hier 'Morkolf' of 'Broekhannik' noemen.


Eik en berk in verstrengeling

Bij de Stenenheul aangekomen verlaten wij de Rozep, en via de Posthoornweg en de Schaapskooiweg slenteren wij weer huiswaarts, maar niet zonder eerst enkele foto's gemaakt te hebben van de plaats waar Baron van den Bogaerde zijn privé opstapplaats had als hij met de trein ging reizen. 


Het poortje naar de overgang

Hij had dat bedongen bij de aanleg van de spoorlijn Oisterwijk- Boxtel , ik meen rond 1860 en daarbij ook het eeuwigdurend recht op een oversteekplaats, als verbinding van Nemerlaer Noord met Nemerlaer Zuid.
Door de snelheid van de treinen tegenwoordig een levensgevaarlijke situatie, doch het bedongen recht blijft bestaan.


Oversteken op eigen risico



De oversteekplaats en halteplaats van Van de Bogaerde.

Wij gaan weer huiswaarts, maar toch nog even een foto van de mooie kamperfoelie, die zo gauw de avond nadert zijn heerlijke geur gaat verspreiden om de nachtvlinders te verlokken voor haar bestuiving.


Kamperfoelie

Thuis gekomen eerst op tekenonderzoek, geen teken, geen van beide, dus voor het eten nog een goede trappist gebrouwen door ons Vlaams broedervolk, en na het eten even in de luie stoel en de beentjes op tafel, en straks misschien nog even op en neer naar het Beeldven.
Wij zijn de Schepper dankbaar dat wij dit op onze leeftijd  [79 en 81 jaar] nog kunnen

Gegroet vanuit Kivietsblek van ons alle twee.

Houdoe W.v.d.Wouw