INHOUD BESTE GEDICHTEN
HOME

BRABANTS

AUTEURS
TEKSTEN
POEZIE
INTERVIEWS
SPECIAAL


Print deze Pagina

Frans Babylon


Herfstelijk

 

De uitgevlamde bomen gloeien na

in avondnevels, die ze langzaam doden.

Ik wandel eenzaam door verkommerd lover

mijn schuldbedrukte heimwee achterna.

 

Vervreemd zie ik de boeren ’t ritueel

Van zaden werpen toegewijd voltooien

en meisjes diepgebogen knollen rooien

op velden voor de troosteloze Peel.

 

Ik ben geïsoleerd in dit verband

van namelozen in hun trouw aan ’t leven.

Weemoedig peins ik, zonder streven,

en zwerf absurd door mijn geboorteland.

 

Ik zoek de vrede van mijn vóórbestaan

en in de plantenbedden van moerassen,

met boomskeletten in de grijze plassen

zou ik verzinken willen en vergaan.