Wilf Mbanga

Vrijplaats CuBra

Uit The Zimbabwean - vertaald door Paul Bogaert

Hoofdredactioneel commentaar 17-7-2007

 

De pen IS machtiger

 

Tafataona Mahoso heeft ons, in zijn wekelijkse schotschrift in de door de staat gecontroleerde Daily Mail, beschuldigd van het knoeien met beelden om de wereld het bewijs van kindersterfte in Zimbabwe te laten zien.  Hij beweert dat de foto op de voorpagina van vorige week genomen was in Darfur. Dit en de andere beschuldigingen die hij tegen ons aanvoert zijn uiterst min en we zullen hem niet met een antwoord eren.

Voor alle duidelijkheid: Mahoso, van wie welbekend is dat hij lijdt aan een pathologische haat jegens de onafhankelijke media, is verantwoordelijk geweest voor de sluiting van vijf kranten tijdens zijn ambt als voorzitter van de Media en Informatie Commissie.

Wij hebben bewijs dat deze niet gekozen ambtenaar onlangs een ontmoeting had met de minister van informatie om een manier te vinden om die Zimbabweanen die nog in het land zijn  te onthouden van het onafhankelijke nieuws dat in onze kolommen staat.

We willen hem eraan herinneren dat het nieuwsblad The Zimbabwean nu verkrijgbaar is in 82 landen wereldwijd en niet het zwijgen opgelegd kan worden.

In een poging het volk voor de gek te houden zijn Mahoso’s administrateurs druk geweest met het stilleggen van onafhankelijke, door Zimbabweanen gerunde radiostations en het verstoren van e-mail, internet en telefonische communicatie.

De pen is waarlijk machtiger dan het zwaard – zoals onderdrukkers door de geschiedenis heen tot hun schade en schande hebben moeten leren. Geen wonder dat Mahoso en het Mugabe regime er zo wanhopig op uit zijn om onafhankelijke stemmen het zwijgen op te leggen, om elke tweedracht weg te stoppen onder een spervuur van grove propaganda die door niemand nog langer wordt geloofd.

 

Wie is er nog over?

 

De waanzin die de gang van zaken in Zimbabwe de laatste weken heeft gekenmerkt is ongehoord. Het krankzinnige plunderen van alle overgebleven goederen – van brood tot cement, en van televisies tot brandstoffen – door vooral partijbonzen en de geüniformeerde krachten heeft de wereld versteld doen staan.

Het bericht van de arrestatie van een manager van een van de weinige overgebleven commerciële grote landbouwbedrijven van wie beweerd wordt dat hij tarwe plantte is een tragische demonstratie van een regime dat gek geworden is, net zoals de voortgaande arrestaties van winkeliers die hun prijzen niet met 50% gekliefd hebben.

Het is ontnuchterend te bedenken dat het Zanu (PF) bewind op gestage wijze Zimbabwe opgeslokt heeft. Eerst gingen ze achter de Ndebeles aan (Gukurahundi), toen achter de blanken (jambanja), toen achter de grote boerenbedrijven en de landarbeiders (land reform), toen de media en individuele journalisten, toen leraren op het platteland, toen de armen in de steden (Murambatsvina), toen de MDC, toen de burgermaatschappij en vakbondsleiders, toen studenten aan de universiteit, toen de mijnen, toen de zakenmensen. Wie is er nog over?