Hoofdredactioneel commentaar 10-05-2011

Toen hij onlangs in Kaapstad een toespraak hield, gaf de Premier de door Zanu (PF) ingegeven Wet op de Inheemsheid enige gezaghebbende steun. Hij zegt dat hij de wet steunt omdat de Zimbabweanen het verdienen eigenaar te zijn van de productiemiddelen en hulpbronnen in hun eigen land. Tot zover is er niets aan de hand.

Waar we het met hem over oneens zijn, en met al deze holle frasen over inheemsheid, is dat het niets anders is dan weer een uitvinding van de Zanu (PF) kleptocratie om het bestelen van buitenlandse investeerders te rechtvaardigen.

Nu al zien we de kopstukken van Zanu (PF) zich verdringen om bedrijven in buitenlandse handen in te pikken op de al overbekende manier die herinnert aan de chaotische beslagleggingen op land die onnoemelijk leed en ellende brachten voor zovelen in ons land.

Het is voor iedereen oogverblindend duidelijk dat de inheemsheid à la Zanu (PF) niets anders is dan verheerlijkte vriendjespolitiek. De hele zaak is niet doorzichtig geweest. Het is niets dan een gecompliceerde oplichterij om investeerders hun bezit af te pakken.

Wij begrijpen dat Savious Kasukuwere* nu al een lijst met namen heeft met de "de voorkeur hebbende begunstigden" voor de bedrijven die in buitenlandse handen zijn. Wij veronderstellen dat de lijst is samengesteld uit de gebruikelijke verdachte figuren die profijt hebben gehad van het plunderen van de landbouwbedrijven – en al zo schandalig welvarend zijn dat de meeste Zimbabweanen daarvan alleen maar kunnen dromen.

Het overbrengen van het meerderheidseigenaarschap van grote multinationale bedrijven naar deze elitegroep komt het grootste deel van de Zimbabweanen niet ten goede – en schept ook geen werkgelegenheid waar grote werkloosheid heerst. In feite zou het tegendeel kunnen gebeuren – de bedrijven zouden hun mate van activiteit kunnen verlagen, en daarmee zelfs nog meer werkloosheid scheppen.

Wat Zimbabwe nu nodig heeft zijn directe buitenlandse investeringen die leiden tot het scheppen van banen.

Daarbij moet de regering een economische omgeving scheppen die het mogelijk maakt dat jonge Zimbabweaanse ondernemers worden aangemoedigd hun eigen bedrijven op te zetten en te werken in vrije en eerlijke omstandigheden die bijdragen aan het zaken doen.

De bankensector is een voorbeeld van de geweldige lokale inheemse capaciteit die in ons land bestaat. Maar wat gebeurde er met die briljante jonge mensen die hun eigen financiële instellingen opzetten en zo succesvol waren? Zij werden het land uitgepest door Zanu (PF) en hun winstgevende bedrijven werden in beslag genomen en geplunderd.

Onder de huidige omstandigheden heeft Zimbabwe deze wet op de inheemsheid niet nodig. Wat nodig is, en zeer hard nodig, is democratie, gekoppeld aan een investeerdervriendelijke en zakenvriendelijke wetgeving om onze economie een forse doorstart te geven na jaren van misbruik.