INHOUD

JOHN VAN ERVE

CUBRA HOME

John van Erve

Zachte heelmeesters maken stinkende wonden.

 


 

Net als elders in de Republiek was de gezondheidszorg in de heerlijkheid Tilburg en Goirle in handen van medicine doctors en chirurgijnen. Deze laatsten waren daarnaast ook nog barbier. Hun instrumenten maakten zij meest van tijd zelf.

In de verschillende registers waarin schout en schepenen hun besluiten en bevindingen registreerden komen we de medicine doctor al dan niet in samenwerking met een chirurgijn regelmatig tegen. Individueel zien we de chirurgijn in de registers terug als degene die de wonden moet verbinden na steek- of vechtpartijen. En samen met de medicine doctor voert de chirurgijn zijn werkzaamheden uit als het gaat om zware medische ingrepen, lijkschouwingen en pathologisch onderzoek.

Op 3 november 1728 brachten de schepenen Van Meurs en Bles een bezoek aan het huis van de weduwe van Huijbert Brenders. Zij werden vergezeld door Dirck Otterinck, die als president-schepen de afwezige drossaard verving. Ook waren daar aanwezig doctor Nicolaes Eijmberts en chirurgijn Francis de Meij.

In het huis van de weduwe Brenders verbleef ene Jenneken Witlocx. Het was een 22-jarige jonge vrouw, die afkomstig was uit Udenhout. De kosten van haar verblijf bij deze weduwe werden betaald door de Heilige Geest Armen van Udenhout.

Deze Jenneken Witlocx had een wond aan het rechter been. Toen de armmeester van Udenhout bij haar op bezoek kwam zag hij dat het niet helemaal goed zat met die wond. Hij riep medische hulp in van chirurgijn De Meij, die de wond heeft verbonden. Maar ook deze chirurgijn zag de ernst van de toestand van deze wond in en informeerde doctor Eijmberts, alsmede de plaatsvervangend drossaard en schepenen. Hij schatte kennelijk in dat er een belangrijke beslissing omtrent de gezondheidstoestand van Jenneken genomen moest worden.

Toen de chirurgijn in aanwezigheid van de plaatsvervangend drossaard en schepenen het verband om het been opende zag men dat het been bij naer geheel was verrot, soo dat verscheijde stucken vant been daer uijt waaren gevallen. Verder zag men het beenmerg eruit lopen en stonk het allemaal viament [1].

Het leek de medici verstandig om de assistentie in te roepen van doctor Wouterus Mutsaers en chirurgijn Jacobus Boote. Gezamenlijk kwamen zij tot het oordeel, dat genezing niet mogelijk was zonder het been af te zetten. Indien er geen amputatie zou plaats vinden zou Jenneken Witlocx volgens de artsen komen te overlijden.

Ook de armmeester van Udenhout verzocht de medici om het been van Jenneken te amputeren. In gezamenlijk overleg werd besloten om tot het afzetten van het been over te gaan. Voor Jenneken Witlocx was er geen andere keuze, dan hiermee in te stemmen.

Nieuwegein, 30 april 2016

John van Erve

[1] waarschijnlijk wordt hier “vehement” bedoeld, dat “sterk”, “hevig” of “krachtig” betekent.

Bron: (RAT) Tilburg en Goirle R627, ongef. (3-11-1728)