CuBra

INHOUD VAN DELFT
HOME

Deze rubriek wordt geredigeerd door Ben van de Pol

Nieuwe Tilburgsche Courant - woensdag 16 oktober 1929

 

 

'n Kijkje in Philipsstad 1

 

Philipsstad. Is die naam heden ten dage niet sprekender voor de plaats, waar licht en lucht, verovering van vele krachten en machten, gassen en electriciteit, arbeid en energie in edelen kamp, nijvere samenwerking en benutting tot grootste rendement hoogtij vieren? Zou in Eindhoven door zijn ongewoon groote expansie geen eind aan de hoven komen om plaats te ruimen voor massale fabriekscomplexen, woningreeksen en gebouwen? De groei dier plaats is ongewoon, 't gaat in Amerikaansch tempo, zouden we vroeger gezegd hebben; nu kunnen we teekenender en reëeler spreken van "'t gaat op z'n Philips".

De voorkomendheid der Philipsdirectie heeft de directeuren der Nederlandsche arbeidsbeurzen in de gelegenheid gesteld een kijkje te nemen in die afdeelingen van hun bedrijf, welke voor hen van belang waren, om meerder inzicht te krijgen teneinde bij eventueele gelegenheid ook dit deel der arbeidsmarkt zoo nauwkeurig mogelijk van dienst te zijn. De derde October was een echte herfstdag met druilerige regenbuien en windvlagen, niet geschikt om een gezelschap te leiden langs opgebroken straten, in aanbouw zijnde fabrieksgebouwen, stapels bouwmaterialen, gravende werkers en sjouwende lossers. Toch zijn die hindernissen vrijwel ongemerkt genomen dank de welverzorgde ontvangst door den heer J.H. Scholten, chef der afdeeling Technische Propaganda, die met zijn leiders reeds in de stationswachtkamer aanwezig was om de komenden te begroeten. De kennismaking was spoedig in een gezellig samenzijn verkeerd en na de aangeboden versnapering stonden buiten de auto's der fabriek gereed om tusschen het wriemelig straatverkeer door vlug en gemakkelijk aan den ingang der glasfabriek te belanden.

Middelerwijl waren we reeds in bezit gekomen van een geïllustreerd werkje met gegevens omtrent de N.V. Philips Gloeilampenfabrieken en N.V. Philips Radio. Daarin wordt kort, zakelijk verteld van den groei en omvang der bedrijven, van de fabricage en de sociaal-economische inrichtingen dezer wereldfirma. Om de herinnering aan die bedrijven op te frisschen en nog eens na te slaan, wat men zooal gezien heeft, is het een vlotte gids.

We hadden echter het geluk dien dag beter gidsen aan onze zijde te zien. Zonder te jachten, op aangename manier en in gemoedelijken trant is met kennis van zaken fabriek na fabriek bezocht, zijn de indrukken tot ons gekomen met verklarenden tekst, gevraagd en onverwacht, al naar het deze geroutineerde causeurs en geleiders wenschelijk voorkwam. Men erkent het achteraf met zekere bevreemding, dat het deze heeren (wier taak vrijwel geen andere is) zoo vlot gelukt om, geen oogenblik onbenut latende, een gezelschap veel te doen zien zonder ze af te jakkeren en zonder hindernis in een bedrijf te brengen tevens.

 

De excursie begon alzoo met een bezoek aan de glasfabriek. Al aanstonds kwam de onderscheiding in glasfabriek A en B, twee enorme gebouwen, waar 't een en al bedrijvigheid is. Eerst wordt de grondstof bereid, als we 't zoo mogen uitdrukken, en dan treft het den leek, hoe ieder stukje glasscherf al weder benut wordt. Hier heeft ook de breuk waarde. Men gebruikt die stukken en brokken, mengt ze met de noodige ingrediënten en ziet er in de volgende afdeeling bij de fel-brandende ovens gloeiende massa's van gevormd, welke aanstonds in een ballonnetje, een glazen staaf, een reuzelamp, een kokertje of een spijltje omgetooverd zullen zijn.

Glasfabriek A is de handglasfabriek. Hier worden per dag 350.000 ballons geblazen, gemiddeld 800 per werkman. De samenstelling van het glas is zand, soda, loodmenie en potasch. In de smeltovens zijn vuurvaste potten; er wordt een temperatuur ontwikkeld van circa 1200 à 1500 graden Celsius. In de mengkamer worden de grondstoffen vermengd. Bij het mengsel waarmede des avonds de potten gevuld worden, voegt men dat afvalglas als vloeimiddel. Is men wat gewend aan het overweldigende, dat de eerste aanblik geschonken heeft, is het massa-personeel geworden tot een noodzakelijk behooren bij dit machtig raderwerk en organisme, dan kan men eenigszins op onderdeelen gaan letten. Zoo valt het bijv. in die glasblazerij op, hoe de arbeiders van maskers voorzien zijn ter bescherming tegen het fijne stof en schadelijke dampen. Een zoete, wee-makende lucht, die de ademhalingsorganen ongewoon aandoet, hangt er en al worden we gewezen op en kunnen aanschouwen hoe de eischen der hygiëne hier zoo goed mogelijk betracht zijn, toch zijn wij blij door een grooten gang in de glasblazerij te komen. Hier worden de bijzondere modellen vervaardigd. Sprookjesachtig is de aanblik dier harde werkers, die op een verhooging bij den gloeienden oven staand hun blaaspijp zwaaien, waarbij aan het eind een gloeiend propje hangt, dat telkens vlug een mooie lampebol wordt door rappe jongenshand in het rek geplaatst. Tracht niet het aantal dier mannen te tellen, het beweegt en verplaatst zich zoo vaak, en vlug, dat ge stellig tot geen goed resultaat komt. Hier heerscht groote activiteit bij en om de talrijke ovens: 't gaat er alles in een versneld en versnellend tempo. Hoeveel en welke soort lampen er gemaakt worden, vragen we maar niet, want de voorraadmagazijnen, waar we doorheen komen duiden op een enorme productie, al maakt men hier geen wekenlange voorraden. Rondom de ovens bevindt zich een bordes dat bij groote ovens aan ongeveer negentig blazers plaats biedt.

In de glasfabriek B worden glazen buizen en staven machinaal getrokken, die noodig zijn voor het binnenwerk van de gloeilampen, voor weerstanden en andere doeleinden. De machines, die ge hier ziet, zijn door Philips ontworpen en gefabriceerd. Telkens weer zal dit opvallen, al vermelden we het niet. Trouwens, wat de techniek en de wetenschap voor dit bedrijf benutten kan, zal niet achterwege gelaten worden, daarvoor staan de eigen technici en ingenieurs borg. Het Philips laboratorium heeft al reeds zijn naam tot buiten onze enge landsgrenzen gevestigd.

In die machinale glasblazerij stroomt het vloeibare glas in een schuin naar omlaag geplaatsten draaienden cylinder. Het glas hecht zich aan den binnenwand van dezen cylinder vast en komt aan het einde als buis naar buiten. Er bestaan achthonderd verschillende soorten buis- en staafglas. In de mechanische glasblazerij heerscht bij de ovens een ontzettende temperatuur, zoodat we met een gevoel van bevrediging de zware tochtdeuren achter ons hooren dichtzuigen, om in de glasspinnerij te belanden, waar we vreemd opzien van de fijne lange glasbuizen, die als een traag voortkruipende slang door lange gleuven glijden. Hier ziet men verdeelmachines, die wegen en meten alsof menschenhanden in actie waren. Maar zooiets zal meerdere malen de aandacht spannen: machines, die functioneeren als lichaamsdeelen; stellig regelmatiger, nimmer moewordend zoolang olie en beweegkracht blijven aangewend.

De papier- en cartonnagefabriek munt evenals trouwens de meeste werklokalen uit door zindelijkheid. Hier heerscht echter ook een betrekkelijke rust; weinig arbeiders zijn noodig voor de bediening der reusachtige machines, die bij geregelde en voldoende verzorging het effen en gegolfde carton aan groote rollen afleveren. Het carton wordt van papierafvallen gemaakt. (Liefdewerk Oud Papier kan aan dit adres misschien een reuze-afnemer vinden, mits... tegen scherp gereduceerde prijzen, want terwijl alles in het groot gaat en met ongewone kwantums is het geen charitatieve instelling, die met prijzen scheutig is.) Het oude papier, in groote geperste pakken voorradig in de opslagplaatsen, gaat in bakken met water, waarin messen en zware steenen monotoon maar zeker al maar wentelen en keeren, zóólang tot een dikke pap ontstaat, die door walsen geperst wordt, op breede platen zich verspreid, geleidelijk droogt en verdwijnende in een samenstel van wielen en walsen als carton verschijnt.

Bouwen blijft men doen: 't is alsof men nimmer tot zijn maximumproductie komen zal, alsof men telkens nieuwe arbeidsterreinen ontginnen gaat en nieuwe velden betreden zal. Staat men in de drukkerij met haar vele persen versteld van het omvangrijke bedrijf, dan wijst men u op de zooveel grootere behoefte, waardoor de drukkerij niet in staat is het gevraagde tijdig en in voldoende kwantums te leveren: "we zijn met een tweede van nog grooter capaciteit bezig".

Wil men z'n ver- en bewondering uiten over de talrijke auto's, vrachtwagens, autobussen die de ruime garages vullen, dan moet men tevens erkennen, dat de ruimte wel wat al te krap is om een vlot verkeer mogelijk te maken van zoovele en velerlei vehikels, waarnaast er natuurlijk nog een grooter aantal op dat oogenblik in gebruik zijn. Zoodoende verbaast het al minder te hooren dat er nieuwe garages noodig zijn om de tweehonderd zestig auto's te herbergen, te herstellen en op te knappen die er momenteel zijn - hoelang zal dit aantal nog juist blijken? De luxe wagentjes voor het hooger personeel wachten ordelijk en presentabel tijdens den werktijd; straks zullen zij zich moeizaam tusschen den drommigen stroom van arbeidsters en arbeiders heenwringen, als de seinen in de werkruimten het schaftuur aangekondigd hebben en de wriemelige menschenmassa zich in alle richtingen verspreiden gaat.

We vragen ons af: "Welke nieuwe gebouwen zijn niet noodig?" In den rusttijd, toen we een degelijke lunch aangeboden kregen in de aula boven de kleuterschool (ruim en comfortabel, keurig gemeubileerd en van alle gemakken voorzien) moesten we alweder erkennen, dat een zóó grootsche onderneming wel over een eigen restaurant en hotel mag beschikken, al... kan men onder de leiding van zulke gastheeren zich in een dergelijke aula opperbest van het noodige voorzien!

Maar ja, Philips doet nu eenmaal niets, of hij doet het goed, dus... is een machtig groot en mooi ontspanningsgebouw bijna voltooid, dat in zijn eigen theater gelegenheid zal bieden tot het vertoonen van de mooiste theaterstukken en dat ruimte beschikbaar heeft voor achthonderd toeschouwers. Dit wil echter al weer niet zeggen, dat Philips tot heden niets voor ontspanning van zijn personeel heeft over gehad, want we zagen immers vanuit den trein sinds jaren het Philips-sportterrein; voetballers houden rekening met de Philips-voetballers; tennisliefhebbers kunnen er sinds te gast; muziekcorpsen en zangvereenigingen kan men er hooren. Zoo kunnen we nog wel even voortgaan en middelerwijl vertellen van de negen eetzalen, die alreeds in gebruik zijn, waarvoor vijf en dertig opzichters, werksters en hulpwerksters in dienst zijn. Die zalen worden dagelijks door ruim vierduizend menschen bezocht, die er den inwendigen mensch kunnen versterken. Doch dat is nog niet genoeg. In den zomer organiseert men talrijke uitstapjes van jonger en ouder personeel, in den winter wenscht men eveneens gelegenheid tot vermakelijkheden te bieden. En voor zooiets is een apart ontspanningsgebouw met zalen, kamers, enz. gewenscht. Philips wenscht het en het komt er.

Waar we van een aula spraken en een kleuterschool, mogen we nog wel even de aandacht voor het schoolwezen vragen. Schoolwezen en volksontwikkeling beide hebben de volle aandacht, zij het dan ook gezien vanuit het economisch-sociaal oogpunt, dat de belangen van het bedrijf allerminst uit het oog verliest; integendeel, bij alles, wat men doet, vraagt men tevens of het "de zaak" ook dienen kan en zal.

 

(Wordt vervolgd)

 

A.J.A.C. VAN DELFT