CuBra

INHOUD VAN DELFT
HOME

Deze rubriek wordt geredigeerd door Ben van de Pol

Nieuwe Tilburgsche Courant - zaterdag 9 november 1928

 

Ingezonden Stukken

(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie)

 

 

'n Tilburgsch Museum

 

In een bericht over herhaling der uitnemend geslaagde bijen- en honingmarkt frappeerde mij volgende zinsnede: "er zal zeer waarschijnlijk een tentoonstelling van oude imkersgereedschappen aan verbonden worden, terwijl het in de bedoeling van den eigenaar ligt om de verzameling daarna in bruikleen af te staan aan het Tilburgsche museum". Zóó stevig is de wil om een museum te krijgen dus reeds in de goedwillenden gevormd, dat bij de schenking of bruikleen al van "het" Tilburgsch museum gesproken wordt, alsof het bestaan een voldongen feit is. Jammer genoeg zijn we echter nog niet zóóver. Toch beteekent elke dag uitstel hier mogelijk verlies van bruikbaar materiaal. Was er alvast een voor 't publiek toegankelijk vertrek waar een en ander samengebracht werd, dan zou er vanzelf meer volgen en de groei zou uitwijzen, of het besteden van gelden voor dit doel voldoende gerechtvaardigd is.

Door de Museumcommissie is destijds een rapport aan den Gemeenteraad uitgebracht, waarin onder heel veel meer ook gezegd wordt, dat zij "in verband met de keuze der lokaliteiten de aandacht meende te mogen vestigen op een nieuw gebouw, dat binnenkort in onze stad verrijzen zal: de nieuwe Textielschool. Nergens beter dan daar zal een textielmuseum kunnen worden ondergebracht en wellicht zal het Uwen Raad gelukken met het Rijk een overeenkomst te treffen voor het daarbij bouwen van enkele lokalen voor opstelling van oude apparaten der Industrie, vermeerderd met de apparaten, die de Rijkscommissie ter beschikking wil stellen, misschien nog vermeerderd met oude toestellen, die in enkele fabrieken bewaard worden".

Als daarbij dan de in principe toegezegde hulp van vereenigingen en particulieren aanvaard wordt, zal de Oudheidkamer, die de commissie zich naast het hoofdzakelijke Industrieel Museum gedacht heeft, ongetwijfeld een toonbaar geheel opleveren, dat zijn goede vruchten gaat afwerpen. De belangrijkheid en de attractie van de ontworpen verzameling zou zeer verhoogd worden door een schilderijen-galerij van de thans levende schilders, die in Noord-Brabant geboren en getogen zijn, of die een belangrijk deel van hun werk hier het aanzijn schonken. Dit laatste idee, dat reeds in 1925 door de Museumcommissie geopperd werd, wacht hier nog steeds op 'n begin van uitvoering, terwijl het elders reeds met voorbeeldig succes in toepassing gebracht wordt.

Nu de aanbesteding van de nieuwe Hoogere Textielschool heeft plaats gehad, meenden wij het bovenstaande nog eens onder de aandacht te mogen en moeten brengen van hen, die in den groei en bloei van Tilburg belangstellen, die hier invloed ten goede kunnen aanwenden en medezeggingschap bij het nemen van beslissingen ten gunste van een Tilburgsch Industrieel Museum hebben.

 

A.J.A.C. VAN DELFT

 

 

* Voetnoot redactie:

We besluiten A.J.A.C. van Delfts museumserie met twee opmerkingen over de afloop van de Museumkwestie, die wij vonden op de website van het Stadsmuseum Tilburg:

 

- Vreemd genoeg werd het door deze museumcommissie uitgebracht rapport op 1 april 1927 door de gemeenteraad slechts voor kennisneming aangenomen.

 

- In 1931 nam de gemeente deel aan de oprichting van een Volkenkundig museum en een Natuurhistorisch museum. Burgemeester en wethouders deelden de gemeenteraad toen mede dat "noch voor een algemeen oudheidkundig museum, noch voor een textielmuseum met annex oudheidkamer, noch voor een museum van moderne Noordbrabantsche schilderkunst zoodanige vooruitzichten aanwezig (werden) geacht, dat reeds op korte termijn een belangrijk project zou kunnen verwezenlijkt worden".