CuBra

INHOUD VAN DELFT
HOME

Deze rubriek wordt geredigeerd door Ben van de Pol

Nieuwe Tilburgsche Courant - zaterdag 15 november 1924

 

 

Van vroeger dagen 49: Pastoorsplaatsen in de 16e eeuw

 

In een beknopte beschrijving der steden en dorpen der Meyerije van 's-Hertogenbosch lazen we volgende opgave van "Pastoraaten onder de Abtdije van Tongerloo".

 

In de diocese van 's-Bosch had men:

- Diessen, alwaar St. Willibrord met plegtige Bedevaarten van veele vreemdelingen geëerd wordt.

- Tilborch, eene zeer vermaarde plaatse, daar wel drieduizend Communicanten zijn. (Deze becijfering moet zeker omtrent 1580 geschied zijn, zooals men uit de volgorde in het boek moet opmaken, en dat wel eenigszins uit den aangroei der bevolking is af te leiden, want bij een opneming in 1618 zijn 3535 Communicanten genoteerd.)

- Enschot, is de Moeder der voorgaande, doch de Dochter is grooter geworden dan de Moeder. (Omtrent deze uitdrukking mag men niet meenen, dat zij slaat op oppervlakte gemeentegrond, wijl duidelijk uit 't hoofd blijkt, evenals hierna bij Roosendaal, dat het enkel op het kerkelijke slaat.)

- Moerghestel, digt bij Oisterwijk, daar men St. Everlijn eert.

- Haren, aldaar is de Eerw. Pastoor Van Calmpthout in 't jaar 1572 wreedlijk voor 't Catholiek geloof door zijn vijanden omgebragt.

- Walewijk, nabij de stad Heusden, gelijk ook Drunen daarbij gelegen is.

- Loon op 't Zand, aldaar hebben de heer dier plaatse in den tijd en een Kanonnik van Tongerloo hunne beurte. Men noemt het gewoonlijk Venloon.

- Poppel, in 't testament van St. Willebrord Pieplo genaamd.

- Happert, Hoogeloon enz.

 

In de diocese van Antwerpen had men:

- Sundert, doorgaans Klein Sundert geheten.

- Alphen, is aan St. Willibrord geheiligd, het wordt in zijn testament Alpheim genaamd.

- Chaem, is aan St. Antonius geheiligd, en is eene dochter der kerke van Alphen, gelijk ook Riel bij Tilborch.

- Nispen, is de H. Moedermaagd toegewijd. In 't jaar 1557 wierdt alhier door eenige roovers en dieven vermoord de heer Hendrik Bosch, van Roosendaal, Pastoor van Nispen, een groot ijveraar voor de kerke, en mild voor den arme. Dertien jaar lang na zijn dood heeft men de bloeddroppelen op den steen gezien, zonder dat die konden worden uitgewischt.

- Roosendaal, een zeer fraaie plaats, daar een schoone haven is, zeer volkrijk, alzoo daar meer dan twee duizend Communicanten zijn; ze is een Dochter der Kerke van Nispen, maar die hare Moeder boven 't hoofd is gegroeid.

- Calmpthout enz.

 

Deze eenvoudige aanteekeningen doen zien, hoe plaatsen in den loop der eeuwen voorsprong op zustergemeenten behaalden, terwijl anderen de voorname plaats, die zij tegenover anderen innamen, hebben moeten ruimen, ofwel, erger nog, in verval geraakt zijn. Van enkele is ook de naamsverandering opmerkelijk.

 

A.J.A.C. VAN DELFT

Tilburg, October 1924