Klaas de Graaff

 

De apotheker en het gif

 

Misdaad: gifmoord

Jaar: 1890

Topografie: Waalwijk

 
INHOUD DE GRAAFF MOORDZAKEN IN BRABANT

CUBRA HOME


© 2019 Klaas de Graaff & Stichting Cultureel Brabant


 

 

 

De apotheker en het gif

Een oplossing om van een verslaafde echtgenote af te komen is haar te doden. Er zijn enkele gevallen bekend waar de man zijn vrouw om het leven hielp vanwege haar verslaving aan de sterke drank. (*)

Vergiftiging is een sluipmoord die als onontdekt misdrijf menigmaal zal zijn gepleegd. Dark number noemen ze dat verschijnsel. Maar niet die van apothekersassistent Willem Johannes Senderman (**) uit Waalwijk in 1890. Hun huwelijk was na zes jaar verzand geraakt naar een dieptepunt, deels vanwege het feit dat een kind aan het begin van het huwelijk slechts zes dagen na de geboorte bleef leven. Zo was Caroline Schelte aan de drank geraakt en ook aan de morfine waaraan haar man gemakkelijk kon komen. Zelf was hij ook niet van die gewenning verschoond gebleven. Als zenuwpatiënte had Caroline een poos in de psychiatrische inrichting Coudewater verbleven.

Na een tijdlang daarna schoon geweest te zijn, raakte de vrouw toch weer aan de cognac, zelfs erger nog dan voorheen. Om die reden besloot Willem uit wanhoop zijn vrouw met strychnine om het leven te helpen. Begin januari 1890 verduisterde hij een portie van dat uiterst giftige middel en bewaarde dat enkele weken in huis. Na een heftige echtelijke crisis raapte hij de moed bijeen en vermengde de dodelijke kristallen met wat cognac  in een kruikje dat zijn vrouw de hele dag door aan haar lippen koesterde. Ging naar zijn werk, kreeg ondertussen berouw en keerde spoorslags terug naar huis om zijn daad weer ongedaan te maken. Toen zijn vrouw hem zei dat het drankje erg bitter had gesmaakt, wist hij dat hij te laat was om haar te redden. Hij keerde opnieuw terug naar zijn werk, waar een half uur later een buurvrouw hem kwam waarschuwen dat zijn vrouw ernstig ziek was geworden. Hij trof haar in stuiptrekkende toestand aan. De te hulp geroepen arts die haar goed kende, meende dat het hysterische aanvallen waren, maar haar dood riep toch vraagtekens op die uiteindelijk leidden tot de arrestatie van de farmaceut.

Op 25 februari 1890 velde de rechtbank het vonnis over hem: vijftien jaar wegens moord. Hij ging in hoger beroep bij het gerechtshof, dat tegen deze zaak  anders aankeek. Het veroordeelde hem wegens poging tot moord en verlaagde de straf beduidend tot zes jaar.  Een door hem ingestelde cassatie bij de Hoge Raad strandde.

 

Het verhaal verscheen eerder in mijn boek ‘Moorddadig Brabant’.

(*)  Zie de zaak van de politieagent Van den Bosch in 1890.

(**) Hij was weduwnaar toen hij in 1884 met haar in Amsterdam trouwde.